Het stadsarchief Grave kan al ruim een eeuw niet ter inzage worden gegeven aangezien de verbrande resten van de stukken iedere keer voor ergerlijke rommel op de studiezaal leiden, en omdat hierdoor de stukken ook nog eens verder beschadigen. Enkel de gemicroficheerde en gerestaureerde registers (waarvoor de kosten voor de gemeente Grave uitgesmeerd waren over een groot aantal jaren) konden worden ingezien.
Om het gehele archief te restaureren is veel te kostbaar. Dit bleek al heel snel. Dat zou in de miljoenen gaan lopen en dan rijst onmiddellijk de vraag: wie gaat dat betalen? Er is naar verschillende opties gekeken. Vanuit restauratie oogpunt zou het project mogelijk in aanmerking komen als Metamorfoze-project, door het Rijk gefinancierde speciale projecten waarvoor lagere overheden/ archiefvormers geen geld hebben. Er gelden echter strenge voorwaarden. Dit ging niet door aangezien er geen intrinsiek verval in de archiefbescheiden zit. (Intrinsiek verval is bijv. inktvraat. Als je niets doet verslechtert de situatie gaandeweg tot er niets leesbaars overblijft. Dat was voor dit archief niet het geval. Als het niet geraadpleegd wordt, blijft de schade beperkt). Dus restauratie van het hele archief was geen optie.
Het idee binnen het BHIC om het stadsarchief te laten scannen, zodat de stukken in ieder geval digitaal te raadplegen zijn, is concreet gemaakt in het jaar 2017. Na een steekproefsgewijs onderzoekje werd duidelijk dat het archief grotendeels door brand was aangetast maar de informatie vaak nog wel behouden was gebleven. Er is hierop door 2 inventarisatoren een werkplanning gemaakt waarbij er 3 partijen archiefstukken zijn te onderscheiden: 1. onbeschadigde of gerestaureerde stukken, 2. licht beschadigde stukken en 3. zwaar beschadigde stukken. Op basis van die selectie konden scanbedrijven een offerte uitbrengen met een inschatting van de kosten.