Archieven

54 Rekest van president en schepenen van de grondheerlijkheid Sint Michielsgestel in kwartier Oisterwijk inhoudende dat Cornelis van Casteren wonende te Gemonde jurisdictie van genoemde grondheerlijkheid sedert enige tijd als een onwijs mens hier en daar langs de wegen op een oneerbare wijze heeft gelopen zonder weerhouden of bewaard te kunnen worden en dat hij speciaal tussen de 28e en 29e juli jl. ‘wanneer hij ter saake van sijn onwijs- of dwaasheid wierd bewaakt, seer schielijk een brandhout van het vuur had afgenoomen en daar mede, sonder daar in te konnen worden belet, uit sijn uis het koorn was ingelopen en sig verder als een sinneloos mensch hadde gedraagen, selfs tot soo verre dat hij op een schandaleuse wyse een vrouw in sijn gebuurte in haar eijgen huis was aangevallen, versoekende de supplianten, om reedenen in de voorschreeve requeste geallegeert, dat haar Hoog Mogende hun gelieven te accordeeren en te permitteeren, omme meegemelde Cornelis van Casteren, met overleg van den stadhouder en gecommitteerden van het gemelde quartier van Oisterwijk, te doen confineeren tot kosten en lasten van voornoemde quartier, voor soo verre namentlijk aan het te contribueeren van de armbesorgers van Gemonde voornoemd sal te kort koomen, op den voet als haar Hoog Mogende in een gelijk geval bij resolutie van den 31e augustus 1763 op de requeste van de regenten van Bergeijk ten aansien van den persoone van Cornelis Dirk Joosten huisvrouw van Willem Costers, hadden gelieven goed te vinden; als meede omme de provisioneele gemaakte en, hangende haar Hoog Mogende deliberatie, nog te maakene kosten, uit kragte en voldoeninge van de door de supplianten verleende autorisatie op den drossaard van gemelde grondheerlijkheid, meede ten lasten van voorschreeve quartier te moogen brengen’; een kopie van dit rekest wordt doorgestuurd naar de kwartierschout van kwartier Oisterwijk.