De broers Ariaen en Jan, soenen wylen Jan Aert Philips die Leu en Jan soene Melis Jacops als man van Anneken dochtere wylen Jan Aert Philips voergenoemt hebben een erfcijns van 3 pond payment opgedragen en overgegeven aan hun broer Henrick soene wylen Jan Aert Philips voerscreven. De erfcijns wordt betaald uit 'drie lopensaet lants', gelegen ter plaetsen geheyten dat Sontvelt, geheyten Lysken Doerkens erve, tussen erffenisse Henrick Gerlijcx Knoeden rontom daer aenliggende'.
Ook een erfcijns van 2 1/2 Rynsgulden uit een 'huys, hostat ende eenen beemt daer by liggende', groot 10 lopensaet lants ende twee buenre lants oft daer omtrent begrypende', gelegen ter plaetse genaemt Sontvelt
- e.z.: het goed van Philips die Lew en Henrick Heymans
- a.z.: het goed van Aert Heymans en anderen
- e.e.: de gemeynt van Vechel
- a.e.: een camp lants geheyten Brants camp
Ook een erfcijns van 5 pond payment uit het 'huys, hostat ende beemt voerscreven'.
Aert Philips die Leuwen had deze erfcijnzen gekocht van Henrick Geelycks Cnoeden, zoals in verscheidene Bossche schepenbrieven van 1521 en 1524 beschreven staat.
Getuigen: als voor
Bijschrift: 'Op huyden den 25 may 1616 soo heeft Hanrick Jacop Roeloffs dese rente van vyff gulden VI stuyvers gelost ende gequeten aen handen van den erffgenamen Hanrick Jan Aert (Jacops)'. Getuigen: Goert Vreynssen en Anthonis Jacops