Archieven

133 Jenneken Huijberts weduwe van Jacob Jan Welten van den Hurck heeft, uit krachte van het testament van 11-11-1696 gepasseerd voor schepenen alhier, 'haer meester gemaeckt van Maria Jacob Jan Welten van den Hurck, haere dogter', verkocht, opgedragen en overgegeven aan Jan Jacob Jan Welten van den Hurck een 'huijs, hoff ende aangelegen lant', groot 2 1/2 loopense, gelegen aen de Hoog Eijnde
* e.z.: de weduwe van Willem Penninx
* a.z.: Cornelis Ariens
* e.e.: Aert Arien Olislagers
* a.e.: de gemeijnne straet
'Gereserveert de kamer daer den verkooperse tegenwoordig in woont met den halven hoff tegen de kamer naest erve de weduwe Willem Penninx voorschreven houdt de verkooperse voor haer leven langh aen haer selven, ende naer haer doodt ten behoeve ende erfregt van den kooper'. Het goed is belast met:
* een erfcijns van 10 gulden aan de kinderen van Aert Janssen Verhagen
* een erfcijns van 2 gulden en 10 stuivers aan de erfgenamen van Dirck Dircks
* een cijns van 2 gulden en 10 stuivers 'aen de armme taeffel alhier'
* een cijns van 1 gulden, 3 stuivers en 8 penningen, zijnde deel van een cijns van 7 gulden, te betalen met Jan Rombout Jacobs en Jan Hendrick Rutten aan de heer rentmeester Frans van Heurn
* een cijns van 2 stuivers aan de heer van Helmond
Getuigen: Geraert Vermeulen en Marten Oppers, schepenen, en H. Bijmans, substituut-secretaris