Archieven

77 Jan, Hendrick en Aart de zonen van Willem Andriessen van der Meulen, mitsgaders Dirck Langers en Willem Andriessen, molenaars te Stiphout verklaren schuldig te zijn aan Johan Coolen, regent van het sinnelooshuis te ’s-Hertogenbosch de som van 2000 Carolische guldens. Deze som is ook ten behoeve van het sinnelooshuis. Dit volgens schepenakte op 21-08-1704 in ’s-Hertogenbosch gemaakt. De deurwaarders hadden ter instantie van Hendrick Haubraacke en Hendrick Raijmaackers, collecteurs ‘slands middelen over de heerlijkheid Stiphout in begin 1722 bij executie verkocht de goederen van Hendrick van der Meulen, een van de voorschreven schuldenaars. Thomas Bischoppen met een obligatie van 500 gulden en drie jaar intrest gepasseerd te Helmond 5-2-1707. Een obligatie van Joost Hoeben van 1200 gulden met drie jaar intrest, gepasseerd voor schepenen van Stiphout op 9-3-1709 etc. Alles in juridictie van voorschreven sinnelooshuis, dat door de deurwaarder Michiel de Gasee daartoe geautoriseerd de koren windmolen te Aerle Rixtel toebehorende geweest van Hendrick Willemse van der Meulen. Onder staat dat deze akte de vorster van Leende kopie heeft geleverd aan Peter Jacob Bitters en aan de vrouw van Joost Aart Hoeben, wonende te Leende op 3 maart 1725 was getekend Wijnant Jan Wijnants.