Archieven

429 B. de Jong, Heer van Frisselsteijn en erf secr. Erp, gemachtigd 11-1-1783 door Adriaana Catharina Hacq weduwe Antonij Tucker, inwoonster Alem verkoopt: erfrente van 12 gulden jaarlijks, nu betaald met F 8,-- door Jan Peeter Sweijers en Gerit Jan Claassen; erfrente van 7 gulden en 10 stuivers jaarlijks geloofd door Cornelis Josephs, nu betaald door Gerit Schippers en de weduwe GeerlingWouters; erfrente van 7 gulden en 10 stuivers jaarlijks uit onderpand of huis en land in de Laren, nu betaald door Jan Peeter Sweijers; rente van 3 gulden jaarlijks, betaald door weduwe Hendrik Thomas Sleeuwens; rente van 7 gulden en 10 stuivers, geconstitueerd door Anna weduwe Antonij Hendrik Roeffen te Erp 11-3-1641, nu betaald door Johannes Huijbers van Stiphout; schepenobligatie van F 60,--, geloofd te Veghel 13-5-1748 door Jan Ariens Rijbroek aan de weduwe Hacq; schepenobligatie van F 150,--, geloofd te Erp 18-3-1771 door Antonij Peeter Nooijen aan wijlen advocaat Leijten. Aangekomen bij deling Erp 28-10-1780. Koper is L. van Duuren, hofraad Keurvorst van Pals en landschrijver Land van Ravenstein. Op voorwaarde dat de koper schuld overneemt van F 600,--, geloofd door haar man Antonij Tucker tbv de Gereformeerde Diaconie Armen van Ravenstein, obligatie gepasseerd 3-6-1771 Ravenstein. Kantlijn: Mr. L. van Duuren, inwoner Velp verklaart dat Peeter Johannes Ottens, vergelder der obligatie van F 150,-- ten laste van Antonij Nooijen de som met intrest heeft voldaan 16-2-1803 Erp.

77 Adriana Catharina Hack weduwe Tucker, wonend te Alem met als haar gelaste Benjamin de Jong, heer van Frisselstijn verkoopt aan mr. Leonard van Duuren, hofraad van zijne keurvorstelijke doorluchtigheid van de Palts, landschrijver van stad en land van Ravenstein een erfrente en obligatie, haar aangekomen bij deling.

1 L.F.W. van Cooth verzoekt de goederen, welke zich nog in de rectorswoning van Volkel bevinden openbaar te mogen verkopen, alsmede de effecten, papieren en documenten van wijlen den hofraad van Duuren. Pastoor Otto Richelle, wonende te Uden, wordt aangesteld tot curator van den boedel van Stanislaus van Cooth en moet zo spoedig mogelijk inventaris opmaken, bewaren en tot verkoop overgaan, met uitzondering van die papieren welke behoren aan de erven van wijlen den hofraad van Duuren. Tevens wordt hij gemachtigd om 3 maal een advertentie in de courant te laten plaatsen waarbij alle crediteuren worden opgeroepen hun vorderingen bij hem in te dienen. Bijgesloten is het verbaal van de ingekomen vorderingen ten laste van Stanislaus van Cooth, rector te Volkel.