Archieven

274 Godefridus Cleijsen, r.k. priester te Cuijk legateert aan zijn aangehuwde neef Arnoldus de Beer te Tilburg en bij diens vooroverlijden aan zijn kinderen alle bovenkleding. Tot enige erfgenamen benoemt hij voor 5/6 deel de kinderen van zijn overleden zuster Theresia Cleijsen uit haar huwelijk met Cornelis Jan Wouters, tezamen voor gelijke delen met de bepaling jaarlijks zijn leven lang, aan zijn broer Augustinus Cleijsen f 250,- uit te keren; het overig 1/6 deel gaat aan zijn aangehuwde neef Arnoldus de Beer voornoemd. Arnoldus de Beer benoemt hij tot uitvoerder van zijn testament, deze krijgt hiervoor f 180,-.

272 Adrianus Cornelis Snoeck te Cuijk ten behoeve van Antoon Smits te Beugen.

116 Adrianus Cornelis Snoeck te Cuijk ten behoeve van Marten en Paulina Croef aldaar.

9/20 Ten herberge van Jan Thomassen te Cuijk verkoopt Johannes Benedictus Hyacinthus van de Mortel, lid van het provinciaal gerechtshof te ’s-Hertogenbosch als gevolmachtigde van: zijn vrouw Cornelia van Rijkevorsel; van Anna Petronella van Rijckevorsel douairière van Franciscus Fredericus Half Wassenaar van Onsenoort, rentenierster te ’s-Hertogenbosch; van Ludovica Antoinetta Maria van Rijkevorsel gehuwd met Franciscus de Wijs, wijnhandelaar te ’s-Hertogenbosch; van Thomas Jacobus Hubertus van Rijkevorsel, wijnhandelaar te ’s-Hertogenbosch percelen bouwland, weiland, huis en erf sectie A 359 te Cuijk. Dit gaat voor f 6.475,- aan Francis van den Bungelaar, landbouwer te Cuijk. Verder nog 13 percelen bouwland o.a. genaamd De Lange Loopen, de Valut, het Zandbergske, bij de Molen, den Heijligenberg, heide genaamd ’t Hoog, weiland de Zwanenkamp en perceel hooiland genaamd den Hoogbeemd. De verkopers aangekomen uit de nalatenschap van Petrus van Rijkevorsel, verwijzing naar koopakte 07-05-1836 voor notaris August Frans Hendrik van de Mortel te Boxmeer. Onderhandse volmacht van 18-01-1855 is bijgesloten.