Venerabiles Dominus Gisbertus Coeveringhs, decanus Tielmannus Craen et Antonius Bruinincx kanunniken van de Sint Jan en frater Lambertus à Berchen collateurs van vijf beurzen van Dominus et M. Lucae Dielis waarin ook genoemd worden Petrus Adriaenus de Aelst en Henricus zn.v. Leonardus Theodoricus Strijpensis [afkomstig van Strijp], capitularis Dominus Leonardus de Nistelroij, Petrus Godefridi koster, C. van Kemp notarius publicus – daarna volgt een klein briefje van een vriend als inwoners van Tobgelre, Joffrouwe van den Broeck, te Bergheijck
de kinderen van Iken Tijssen van Taterbeeck een mud rogge tegenwoordig geldt het Anthonij Gerits Gruithensen [dubieus]; Aert Thomas tot Strijp xv lopensen rogge; Joost Hendricxss. Bastiaens tot Woensel xv lopensen rogge; Gisbeert Jans te Strijp 1 mudde; de kinderen van Paulus Gijsberts te Zeelst 1 mudde; Jan Jacobs te [tot] Meervelt 1 mudde; de kinderen van Jan Hendrix te Zeelst 1 mudde, Hendrick Goirt Joosten en Lijsken zijn zuster te Strijp 1 mudde; Herbert Corstiaenss. en Aert zijn broer te Winteroij [= Wintelre] 1 mudde; Jenneken Thomas te Gestel bij Eindhoven 2 mudden; de kinderen van Cornelis Lamberts te Woensel 2 mudden; nog een drieske dat is een ‘weijdeveldeken’ omtrent 40 roeden groot gelegen binnen Zeelst omtrent voor 3 gl. verhuurd – geschreven uit de mond van Corstaien Aerts Gysselen den 24 maart 1651 – Florentius Schuijl