Notaris-, schepen- en andere akten

129 Aen den scholmeijster tot Demen ende Nederlangel om te publiceren.
Rutt Cornelissen richterboode tot Dieden laedt veijllen om te verkoopen het landt van deese naervolgende overpelen soo? dat kooren dat daer tegenwoordigh op staedt, alsock dat land hedt welcke Gielen Jan van Deijnssen en sijne huisvrouw heeft tuegehoort ende in gebruik hebben geegaedt ./. den schaar weij op het kercke landt. Drie schaere op den Spijck ./. Indt Grevelt denen halven mergen , daer op waere den halven mergen genemdt den Kamp daer op errete ( erwten) ./. Twee eckerkes teijnne Jan Jansen Peters hoeff daer op garst ./. seven hondt op die sueven roeijen den dell met errete ( erwten) en voordt soemmer voor ( zomervoer?) ./. Eenen halven mergen op de Peperkoeck daer op garst ./. noch vier hondt teijnnde de Verferdt daer op garst ./. Ende sulckx op ierstcommende donderdagh ten huijse van den rigterboode van Ravensteijn ende vijff Maesdorperen, tot Huijsseling, actum dese 7? September 1668 . Getekent Simon Orvelet rigterboode.
Dit onder relaas weederom uiteleeveren. Dese voorschreven publicatie bij mij gedaen tot Demen op darselve datum als boven: oirconde mij ** ** **, Joannes Coerc , custer tot Demen.

119 Geintenteerde gerichtelicke vercoopinge Willem Nigulant contra Jan Slop
Naer gedaene beslaagh ende naer gedane ofte aengenomene veijlingen presenteert Willem Nieulant , naer dat den vercoopdagh bij heere scholtis verleent was; publiquelick ende gerichtelick te vercoopen; soo veel penningen als excutant namens de erfgenamen van Gerrit de Boom saliger te pretenderen heeft, van alsulke penningen als onder Jan van Linden competeerende Jan Jansen Slop ende desselves minderjarige kijnderen is sijn berustende, sijnde coopspenningen van secker stuck lants, genoempt den Spijck, omme daeraen te verhalen ene alinge some van 57 gl: 6 st: hercommende deels van afreekening ad 54 gl: ende 3 gl: 6 st van uitgegeven penningen. Allet met costen van reghten, alreeds gedaan ende alnog te doen. Jan Slop ignoreerde de eisch bij den executant gedaan, ende principalick uit redenen , dat doorgaans op alle vijf Maasdorpen ende kerken is gepubliceert, dat in cas ijmant ware ( hare?) disijct *** te pretenderen hadde, op den bordt van Jan Slop den Ouden, dat denselven haar binnen seekere tijt , bij de bielletten geexpireert souden hebben aantegeven onder straff van om eeuwigh swijgen, de welcke door den executant op de sijnige noijt en is geschiet, ende om deses en meer andere gewichtig redenen, die men bij progres van saaken verders sall weten te deduceren, soo voor de voorscheven Jan Slop ten alle reghten oppositie, versoeckende daartoe te mogen worden geadmitteert. Omme en met expresse protestatie van costen, die hij almede hierover geleden heft, ende noch verders sall comen te lijden.Willem Nieulant versoeckt burge wedersijts te mogen gestelt worden, voor de costen , gedaan ende alnoch te doen. Ex Adverto alschoon noch te praematuir is van burge te sprecken, soo versoeckt dat dan de executant sall hebben burg te stellen alswordende alhier voir landr(icht?) geconsideert ende naar regten behoirt voor te gaan,

109 Naer gedaene pandingh, slijtinge en uitreickinge, oock vercoopdagh bij de heere scholtis verleent, presenteert Rutt Cornelissen ,regterboode tot Diten, naer kercke veijlinge, publiquelick voor alle man te vercoopen uijt crasghte van sententie opden loswal aan denmaeslantsen gereigte in desen jaer 1668 seckere hiernaervolgende parcelen, mit name een schaar weij opt kercklandt, drie schaar op den Spijck; int Trevelt eene haven mergen Op den Camp genoemt, twee ackers teinden Jan Peters; seven hondt op de Seven Roden; ; eenen halven mergen aen de Pepercock; nogh vier hondt op de Ververt, alle mettet gewasch daerop horende ende sulx om daeraen te verhaelen een capitaal van 900 gl mette costen van dien. Alreede gedaen ende noch te doen soo veel *ergek de naergelaten soone en dochters van Gijel Jans van Deijnsen voorbehoudens en uijtgecomen het contingent aen Art gielens als sijne á part en besonderling gereserveert. Den executant legt in sijne pretensie voorschreven, mette costen van dien; ende bij niet satisfactieweders te mogen tochten , ende is bij uitbrannender kersse verblijven aen de vercoper voorschreven, alsoo dattet vonnis wijsdebij aldijen binnen behoirlicken tijt niet en wort verplecht, dat alsdan zsal vortgevaeren worden naer lants costuijm. Huisseling 6 september 1668, was getekent: andries van der steen in absentie van heer scholtis jonker Ad: de Beijharts; Peter Jan de Smits schepen; Peter Peters schepen.

107 Rutt Cornelissen vercoopdagh contra Gielen Jans van Deijnsen erfgenaemen.
Naer gedaen pandinge, slijtinge ende uitrickinge, ook vercoopdagh bij den heere scholtis verleent, presenteert Rutt Cornelissen righterboode tot Diten naar kercke veijlinge, publiquelick en voor alle man te vercoopen; uit craghte van sententie, op den lestleden aenden Maeslantschen gericht in desen jaere 1668 seker hiernaervolgende parceelen, met naeme een schaar weij opt kercklandt, drij schaere op Den Spijck, int Grevelt eenen halven mergen, eene halve mergen op Den Camp genoempt, twee ackers te eijnden Jan Jans Peters, seven hondt op de Seven Roden, een halve mergen aen den Peperkoeck; noch vier hondt op den Verfert, alles met gewasch daerop staende, ende sulx om daeraen te verhaelen een capitaal van 900 gl: mitte costen van dien; alrede gedaen ende nog te doen, soo veel aengaet de naergelaten soon en dochter van Geijl Jans van Deijnsen. Voorbehouden ende uijtgenoomen het contingent van Art Gielens, als sijnde á part ende bisonderlick gereserveert. Den executant legt in sijne pretensievoorschreven, mette costen van dien, ende bij niet satisfactie weders te mogen tochten, ende is bij uitbrannender kersse verbleven aen de vercoper voorschreven. ; alsoo dattet vonniswijsde, bij aldijen binnen behoirlicken tijt niet en wordt verplecht, dat aldijen sal worden vortgevaren worden naer lands costuijmen. Huisselingh 6 september 1668. Getekent : Andries van der Steen in absentie van hr scholtis Jonker Ad; de Beijharts; Peter Jan de Smits schepen; Peter Peters schepen; Th: Baum landschrijver.