skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Kerf altijd je initialen in de hout van de molen

Als jochie kerft Toon Pijpers zijn initialen in het houtwerk van de molen in Mill. De molen gaat jaren later tegen de grond maar het binnenwerk krijgt een tweede leven in de restauratie van de molen van het Zeeuwse Sluis. Als Toon daar tientallen jaren later een keer komt, moet hij even met zijn ogen knipperen. Maar het staat er echt: TP, zijn initialen uit zijn jeugd.


Of het niet gevaarlijk was, dat klimmen in de kap van de Millse molen? “Dat zal wel, maar jongetjes zien het gevaar pas achteraf”, vertelt Pijpers met een lach. En de klauterpartij was de moeite waard. Het uitzicht reikte bij helder weer wel tot minstens 15 kilometer. Je kon vanaf dat hoge punt dan zelfs de uitgestrekte bossen van het Reichswald zien liggen. 

Zwerven door de velden

Pijpers kent de molen maar al te goed. In 1941 wordt hij geboren in het huis tegenover de molen. Als één van de weinige jongetjes van z'n leeftijd in zijn straat, levert hem dat een bevoorrechte positie op. “Altijd vrij, en verwend door ouders, buren, dienstboden en knechten. Ik mocht overal alleen naar toe, zwierf door de velden, legde centen op de spoorrail vlak voordat er een trein aan kwam. De munten werden dan uitgewalst tot grote dunnen plakken.”

Een andere geliefde bezigheid is het beklimmen van de molen, wel helemaal tot aan de kap. Eenmaal bovenin moet de jonge Toon daar met zijn zakmes een keer zijn initialen hebben gekerfd. Hij is het helemaal vergeten tot het bezoek aan het Sluis' gemaal. Bij het zien van de letters TP komt de jeugdherinnering weer terug.

Er is nog een ander belangrijk verbindend element tussen Toon Pijpers en de molen. Tijdens de oorlog moet de broer van molenaar Toon Reijnen onderduiken. Hij vindt een veilig heenkomen in bakkerij Pijpers-de Groot, bij de ouders van Toon Pijpers. Zijn vader heeft de bakkerij, zijn moeder de kruidenierswinkel. Pijpers herinnert zich de oorlog als klein manneke vooral als een spannende tijd, nauwelijks angstaanjagend.

Afgebrande schoorsteen

Op deze foto staat ook de schoorsteen van de hulpstoommachine, die later zal worden gesloopt. “Ze hakten vlak boven de grond de bakstenen eruit, sloegen er houten stammetje terug in het gat, daarna en flink vuur te maken, toen de stammetjes te ver verbrand waren stortte de schoorsteen om, een baksteen rolde tegen het muurtje onder de etalageruit van de winkel van mijn moeder”, herinnert Pijpers zich levendig.

Wat resteert, zijn veel mooie verhalen over zijn jeugd. “Ik mocht vaak naar moeke Reijnen, de moeder van de molenaar Jan; kreeg daar dan speciaal voor mij gebakken kersen-pannenkoek. “Herinneringen veranderen met de tijd en goede herinneringen worden steeds beter”, sluit hij af.

Reacties (12)

Albert
Albert zei op 31 mei 2019 om 11:58
Ik kan dat begrijpen van moeke Reijnen van die kersen-pannenkoek, want zijn vader Pierre was een goede klant voor de afname van meel. De molenaar had ook nog een broer als concurrent en die leverde het meel bij bakkerij Van Daal, bij wie zijn vader voor zijn trouwen met Maria de Groot gewerkt had. Tijdens de oorlog werkte de opa van Toon ook in de bakkerij. Hij was in Mill geëvacueerd uit zijn woonplaats Wanssum in Limburg. Op de eerste verjaardag van zijn oudere zus Riet(je) ben ik geweest, want mijn ouders waren gedeeltelijk ook klant geworden en gedeeltelijk bij Van Daal gebleven.
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 3 juni 2019 om 10:20
Prachtig om te zien, Albert, dat je ook hier weer al die verschillende lijntjes weet te leggen. Je eigen leven moet haast wel lezen als een Brabants geschiedenisboek. Bijzonder hoor!
Albert
Albert zei op 11 juli 2019 om 21:48
Rini, "Beter laat dan nooit!". Ofschoon moeke Reijnen een ongehuwde zoon had, dacht ik niet dat hij Joep heette, maar Toon. Hij is destijds naar Australië geëmigreerd omdat in de jaren Nederland circa 10 miljoen inwoners had. Volgens de toenmalige regering raakte het land overbevolkt en vandaar het advies aan Nederlanders voor emigratie. Er was zelfs subsidie voor beschikbaar. "Regeren is vooruitzien!". Nu hebben wij ongeveer 1,7 miljoen inwoners en zijn nieuwkomers uit andere landen weer welkom. "Regeren is achteromzien!". Heeft hij ook gedaan en is teruggekomen.
Rini zei op 11 juli 2019 om 22:06
Albert, ik probeer met een collega in contact te komen die
mij een duidelijk antwoord kan geven.
Albert
Albert zei op 12 juli 2019 om 01:26
Het huidige aantal inwoners in ons kleine land moet natuurlijk ruim 17 miljoen zijn.
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 15 juli 2019 om 09:09
Hoi Rini, even voor de zekerheid: wat is je vraag precies?
Cor Peters zei op 5 augustus 2019 om 16:05
Volgens mijn broertje (inmiddels 77 jaren oud) is nog steeds iedere molen die hij ziet "De molen van Reijnen" en dat komt omdat de molen van Reijnen een diepenindruk op hem gemaakt heeft. In november/december 1944 is ons gezin, vader Gerrit en moeder Ada Peters, mijn broertje Jan en ik enkele weken liefdevol opgenomen geweest bij de familie Pijpers. Herinneringen komen op aan de familie Pijpers, vader Pierre bakker, moeder Pijpers doende in de winkel, aan Toon en Riet (de namen waren mij helaas ontschoten), aan distributie-bonnen die mijn vader op grote vellen papier plakte, aan de geur van vers brood, aan het geluid van krekels die achter de oven zaten en waarvan ik eerst dacht dat het jonge vogeltjes waren, aan de molen van Rijnen, aan de fabriek van Van Hout, waar Engelse militairen gelegerd waren en waar ik mijn eerste pakje kauwgom kreeg van een boomlange Engelsman. Dat alles en nog veel meer heeft vijfenzeventig jaren geleden plaatsgevonden plaats gevonden. Wij waren op de vlucht en werden liefdevol opgevangen, hoe anders is het nu. Dank aan de familie Pijpers.
Met vriendelijke groeten, Cor Peters.
Rini. zei op 5 augustus 2019 om 16:14
Albert, de collega aan wie ik de vraag zou stellen, is enkele maanden geleden
helaas overleden.
Albert
Albert zei op 5 augustus 2019 om 17:21
Dan moeten wij elkaar ook ontmoet hebben, want ik kwam bijna dagelijks bij Pierre en zijn vrouw Riek( de Groot) en heb vaak geholpen in de bakkerij bij de bakkersknecht Antoon Coolen uit Afferden. Ik dacht, dat ook de vader, van Pierre, afkomstig uit Wanssum, in de bakkerij hielp. Ook het stoken van de oven en het schoon krabben van buisjes heb ik gedaan. Het plakken van distributiebonnen gebeurde vaak op vrijdag en zaterdagavond. Dat moest ik ook thuis doen, mijn ouders hadden een kruidenierswinkel en verkochten het brood van Pijpers en Van Daal, waar Pierre eerst gewerkt had tot hij trouwde en voor zichzelf begon. Toon, toen "Ton"? is genoemd naar zijn opa van moederskant..
Willy Sweens zei op 11 juli 2022 om 11:03
De eigenaar van de molen bij van Hout was Jacobus Reijnen en niet Jan Reijnen. Jan Reijnen had ook een molen deze stond aan de Karstraat / Hoogveld aan de andere kant van Mill.
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 12 juli 2022 om 16:37
Bedankt voor je oplettendheid, Willy, goed dat hier te vermelden.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen