skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Meneer pastoor treedt meer naar buiten

Stápels foto’s hebben we in ons archief van installaties van nieuwe pastoors. Met daarop veel bruidjes, maar ook gilden, koetsen en muziekgezelschappen. Het is duidelijk dat het hele dorp uitliep voor een dergelijke gebeurtenis. ‘Meneer pastoor’ nam dan ook een belangrijke rol in.

Pastoor Ondersteijn in Berlicum tijdens zijn installatie in Berlicum (1935)

Na z’n wijding (meestal rond z’n 25ste) wist een Brabantse pastoor dat hij algauw zo’n twintig jaar eerst als kapelaan aan de slag moest. De eerste tien jaar werd dan ook nog jaarlijks zijn kennis getoetst door middel van een zogeheten kapelaansexamen. Hierin moest de jongeman laten zien dat hij zijn seminariestof goed beheerste. Doorgaans woonde hij in huis bij de pastoor waarvoor hij werkte. Die pastoor bepaalde dan ook de werkzaamheden van de kapelaan.

Zo rond het 45ste levensjaarte werd het tijd om “uit te vliegen” en een eigen parochie te krijgen. Overigens vonden deze pastoorsbenoemingen plaats volgens wijdingsjaar dus was het wel uit te rekenen wanneer je hiervoor aan de beurt was. De installatie van de pastoor was één groot feest, vaak nog groter dan de eerste heilige mis. Plaatselijke notabelen verenigden zich in een feestcomité en zorgden voor een groots onthaal, samen met het gilde en “bruidjes” in het wit. Met z’n allen werd de nieuwe pastoor ingehaald aan de grens van zijn parochie. Daar kreeg hij een zogeheten herdersschepje en dan werd de weg vervolgd naar de parochiekerk. Daar zorgde de deken dat de pastoor werd geïnstalleerd.

In de 19de eeuw vond het werkveld van de pastoor vooral plaats ín de kerk bij preekstoel, biechtstoel, doopvont of sacristie. Maar zo na die eeuwwisseling traden de pastoors steeds meer naar buiten. Zij gingen deel uitmaken van het sociale leven, vaak in de rol van geestelijk adviseur. Sterker nog: steeds vaker werd er niets meer georganiseerd zonder toestemming of op z’n minst kennisgeving van de pastoor.

 

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.