| Familie Johannes Verhagen en Petronella Rovers, en hun kinderen, maar wie is wie: Wilhelmina, Leonardus, Barbara, Maria, Petronella, Oda, Wilhelmina, wonende op de Koevering |
 |
Bij feestelijke gelegenheden zoal kermis, kerkelijke feestdagen en Koninginnedagen waar families en dorpelingen bij elkaar kwamen, kon men aan de poffer zien waar een familie vandaan kwam. Hoe meer opsmuk, hoe meer ze konden pronken. Dikwijls was dit de enige luxe die de vrouwen uit die sobere tijd hadden, en hoe rijker men was, hoe groter de poffer.
 |
Familie Lambertus Martinus van den Oever en Maria Oppers: Wilhelmina, Theodora, Antonia, Johannes, Henricus, Bernardus en Martinus tussen zijn ouders, wonende op de Sloef. Volgorde misschien niet juist. |
Zodra er wat geld gespaard was, gingen men naar een mutsenmaakster. In het Kofferen maakte Hanneke Koenen de poffers. Op de foto is in de etalage nog een poffer te zien die op een klant wacht. Bij Koenen werd alleen de Rooise Poffer gemaakt.
 |
Personen voor de winkel: in het midden Hanneke Koenen, links van haar Drieka van Iperen, en rechts Janske Verhagen uit Schijndel, helemaal recht Harrie de broer van Hanneke die schoenmaker was. |
Hanneke Koenen leerde meisjes die bij haar werkten de kneepjes van het vak poffers maken. De poffers werden gemaakt van verschillende materialen, onder ander kant, tule en pastelkleurige zijden bloempjes. Alleen de rouwpoffer was geheel in het wit. Een poffer kan niet worden gewassen en gaat terug naar de mutsenmaakster die hem wast en weer in orde maakt.
 |
Familie Martinus van Wanrooij. Francisca. Rovers en de kinderen. Maar wie is wie: Willem , Hai, Jan, Cato, Sien, Martha, Piet, Jaan, Christ, Johan, wonende in de Boskant. |
Langzaamaan verdween de poffer uit het modebeeld. Ook de fiets droeg daar zijn steentje aan bij, want fietsen met een poffer op het hoofd, dat was toch wel behoorlijk lastig. Als men vandaag de dag deze prachtige poffers wil bewonderen en de materialen bekijken hoe ze in die tijd werden gemaakt, dan kan men o.a. terecht in het Poffermuseum in Sint-Oedenrode.
Foto’s: Jo van der Kaaij
Bron: To Lathouwers en Bep van Lieshout in Heemschild (1983), afl. 4, p. 96-100; A L. M. Th. Veldhuizen-van Geffen in Heemschild 20 ( 1986), afl. 2, p. 23-26; Aug. van Breugel, 'Brabantse mutsen uit grootmoeders tijd' in: Bijdragen tot de studie van het Brabants Heem, deel XIV, 1975, p. 11-13.
