ORA Dinther 76 dd. 7.4.1733 Jan, mondige zoon van Marten Jungers en Maria Willem Wouters van Zutphen voor zich en als gelaste van Nicolaes en Willem Marten Jungers, zijn mondige broers, zijnde de procuratie gepasseerd voor notaris Pieter de Ruijter te Dordrecht op 16-2-1733, die zich in die akte tevens sterk maken voor Adriaen Marten Jungers, hun mondige broer bekennen ontvangen te hebben uit handen van Adriaen, zoon van Dielis Peeters Luijcas Frenssen gehuwd met Geertruij, dochter van Dielis Peeters en Margriet, de dochter van Dilis Peeters weduwe van Melis Janse, 150 gulden in voldoening van een som geld op 5-4-1718 voor notaris Willem van Oosterwijk te Dinther gelooft bij Leendertje weduwe van Dielis Peeters; Adriaen Dielissen en Ruth Wilbers aan Marten Jungers en Wouter Rommen van Zutphen als momboirs van de kinderen van voornoemde Marten Jungers en Maria Willem Wouters van Zutphen.
Idem 75 dd. 20.8.1727 Teunis Willems; Deelis Lammert Meeusen g.m. Anneken Willems; Jan Willems g.m. Henderina d.v. Willem Peeter Amelissen; Peter Melis Peter Amelissen; Teunis Henderix g.m. Maria peter Driessen; Huijbert Jan Lammerts g.m. Peternel Peter Driessen; Dirk Jansen g.m. Lijneken Peeter Driessen; Andries en Peeter z.v. Peeter Driessen; Peter Amelissen g.m. Peternel Willems is grootvader en vader van de 7 laatste comparanten.; Magriet Dielisse wed. van Meelis Jansen (kind: Jenneken, Peternel, Henderien, Geertruijt, Willemijn, Mechtelt en Anneke); Leonardus Jan Willems g.m. Maria Melis Jansen; Lambert Delis Rovers en Ariaen Dielissen momb. van Ariaentje, Cathalina en Deliana k.v. Melis Jansen; Roelof Melissen g.m. Jenneken Roelof Goorissen, verwekt aan Jenneken Jan Melissen; Lammert Deelissen momb. van Teunisken, Anna Maria en Jenneken kind. van Roelof Goorissen en Jenneken Jan meelissen; Jan z.v. Lammert Deelissen en Maria Jan Meelissen; Lammert Deelissen vader van Melis verwekt bij Maria Jan Melissen; Jan Melissen vader en grootvader van de 17 laatste compar., was gehuwd met Jenneken Willems; Rut z.v. Jan Luijcassen en Anneken Peter Jan Otten; Frens Dirx vader van Cathalina, Mathia en Lamerdina, verwekt bij Mariken d.v. Tijs Peter Jan Otten; Hendrik en Lammert z.v. Aert Peter Jan Otten; Adriana, Machiel en Mathijs k.v. Aert Peter Jan Otten; Joannes de Bisschop g.m. Maria Aart Peter Jan Otten; Peternella Aart Peter Jan Otten; Jan Aart Peter Jan Otten.
Hieruit blijkt, dat de ouders van Melis Jans (x Margriet Dielissen) Jan Melissen en Jenneke Willems heetten.
Idem dd. 13.3.1721: Marten Jungers momb, onmond. kind. van Luijcas Dielissen en Jenneken Dirk Martens; Rut Wilbers van de Wassenbergh g.m. Peerken Dielissen, kind: Wilbert; Ariaen Dielissen; Magriet Dielisse wed. van Melis Jansen; Luijcas Fransen g.m. Geertruijt Dielisse. (huis etc. op Vorstenbos).
Idem Deling nalatenschap Dielis Peters dd. 6.8.1721.
ORA Herpen-Schaijk 104 dd. 25.2.1706 Metjen Jan Rutten en haar kinderen, Thoniske Janssen Exter, getrouwd geweest met wijlen Jan Jan Rutten, met als haar mombers Claes Lamberts Strick en Daniel Hendrix, Cornelis Thijs Lucassen, getrouwd met Marie Jan Rutten, Jan Handrick Thonissen, getrouwd met Lambertje Jan Rutten, en de minderjarige Lijsbet Jan Rutten; gaan over tot scheiding en deling van de nalatenschap van wijlen Jan Rutten. Lot 1 is voor Jan Hendrick Thonissen: de helft van het huis en de helft van twee akkers land, waarbij Cornelis Thijs Lucassen de wederhelft van huis en land krijgt. Cornelis draagt echter meteen zijn helft aan Jan over, waarbij hij de koopsom schuldig blijft. Lot 2 is voor Thonisken Janssen Exter: de helft van de Streep naast Gabriels Steeg, zo groot als Mathijs het momenteel bezaaid; nog de helft van de heide naast Thijs Peters Vervenne en de helft van het hooiland. Lot 3 is voor Lijsbeth Jan Rutten: de wederhelft van de Streep naast Jan Handrick Thonissen; de helft van de heide; de helft van het hooiland. Lot 4 is voor Metje Jan Rutten: de akker naast Jan Thijssen te langs door de hoeff; vier akkers gelegen op Gaal in de Cleeffse Cameren; de helft van het huis en de bijbehorende dries. De vier kinderen moeten jaarlijks ieder een vat rogge aan hun moeder geven, zolang zij leeft.
ORA Stad etc. Ravenstein 252 dd. 7.2.1681 Aert Rutten en Claes Lambaers als bloedmombers van Metgen Lambaers (Strijckx JL), weduwe Jan Rutten en haar vijf minderjarige kinderen, vesten aan Thijs Theussen en zijn vrouw Jenneken, een akker bouwland groot een halve morgen, gelegen te Schaijk in de Schij... hoeff, en het vijfde deel van die hoeve waar de kinderen van Lambaerts Strijckx nu wonen, een zijde de kinderen van Lambaert Strijckx, andere zijde Thonis Janssen, een eind Grieten stegh, andere eind de gemene straat.