@ Arie
aanvulling:
RA Berlicum 53, pag. 8v, dd 21 juli 1594
18 Voor Adriaen Ruth Geeritss vande Coeveringhe ende Geerart Breussen, schepenen in Berlicum, is verschenen Jan Anthoniss van Dorren als man van Elisabeth dochter wijlen Henrick Evertss verweckt bij Elisabeth zijnder ierster huijsvrouwe, die bekent ontfanghen te hebben ende hem eertijden overgelevert te zijne alsulcke erffmeubele goederen als dije voors zijne huijsvrouwe waren competerende overmits doode ende afflijvicheijt van hare moederen ende die welcke den voors Henrick Evertss haren vadere was besittende inne tochten, wtgenomen alleenlijck een koetsken, een kiste sonder dexel, ende 5 oft 6 stoelen, die welcke naderhant metten huijse door toedoene van zijne majesteijts vijanden verbrant zijn; ende dat deselve overleveringhe van erffmeublen geschiet is, als den voors Jan Thonissen ende Elisabeth zijnder huijsvrouwe inne houwelijcken state waren vergaderende, ende dije voors Jan Thoniss als man van Lijsken zijnder huijsvrouwe zal oock terstont aenveerden huijs, hoff, esthuijs metter erffenisse geleghen opten veedijck binnen Berlicum, dwelck den voors Henrick Evertss onlancx deser werelt overleden zijnde inne tochten beseten heeft; ende dat den voors Jan comparant Mariken dochter Jacob Corsten ende achtergelatene weduwe vande voors Henrick Evertss ontlast, quijtschelt ende bedanckt vande overleveringe der voors erffmeublen, dije voors zijne huijsvrouwe overmits doode van hare moedere gecompeteert hebbende ende oock midts dije aenveerdinghe vande voors huijs, hoff, esthuijs ende erffenisse; bekent egheen recht actie oft gedeelte meer te hebbene, aen eenighe andere goeden bijden voors Henrick Evertss achtergelaeten, maer heeft tselve zijn recht ende actie dije hij aen eenighe vande selve achtergelaten goederen zoude moghen hebben, opgedraghen tot behoeve der voors Mariken weduwe des voors Henrick Evertss.
Bosch Protocol, inv. no. 1526, fol. 140r, dd 8 januari 1626 (Berlicum)
Peter sone Peter Peters van Maseijck, leertauwer, als man van Maijken dochter van wijlen Jan Tueniss van Doorn en van Elisabeth enige voordochter van Henrick Everts
- De ½ ongedeeld in een huis, schuur, gronden, hoff, aanliggend akkerland, groot int geheel 16 lopens gelegen onder Berlicum op de Veedijck, tussen erve Roelof Wouters ex uno, en erfenisse der erfgenamen Nicolaas antonis colen ex alio, de gemene loopgraaf tussen beiden liggende, strekkende aan ene einde aan erfenis Claas Ariaan rutten en met andere einde aan de Veedijck,
- Deze helft hen aangekomen van hun ouders voor schepenen te Berlicum dd 18 november 1615, waarbij de andere helft toebehoort aan Dirk sone Jan van Doorn, heeft hij wettelijk overgedragen aan genoemde Dirk Jans van Doorn, zijn zwager, voor de helft en Goossen sone Lambert Goijaerts wonend Berlicum voor de andere helft. (….) uitgenomen de ½ van een pacht van een mudde rogge betaald wordende met 6-0-0 aan Mr. Jacob van der Cammen, raadsheer deser stad, de ½ van een cijns van 4-0-0 aan Jan Henricx van der Last, de ½ van een cijns van 4 ponden Bosch paijments aan Maria van der Meer, de ½ van 3,5 stuivers gebuercijns. Verder 2 gehele cijnsen, een van 6-0-0, de andere van 3-0-0, aan Cornelis sone Jan Cornelis Velblotter. Tevens zijn 2 leningen door Dirk van Peter van Maseijck nu dood en te niet verklaard
Testes Broegel en Horenbeeck, dd 8 januari 1626
In marge: Henrick sone wijlen Henrick everaerts vernadert het deel van Goossen Lambert Goijaerts, teste Donckers en Zoerendonck, dd 3 februari 1626
Onderschreven: met consent van Hendrik Hendrik everts en Goossen Lambert goijaerts is dit contract van vernadering gecasseerd en doorgeschrapt, dd 8 januari 1627