Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Reacties (52)

Peter de Vries zei op 27 oktober 2020 om 16:36
Bedankt Antoon en Jan,

De tip over het burgerrecht is een goeie, en dat zou dat betekenen dat Jacob nr 2 toen dus in Nijmegen woonde. Ik ben aan het zoeken naar huwelijken van deze drie zonen (derk was zeker gehuwd en had kinderen zoals vermeld bij de aanname van het burgerrecht) maar heb deze nog niet kunnen vinden. Mogelijk allemaal onder patroniem dus niet makkelijk te vinden.

Zelf heb ik behoorlijk wat gevallen dat er kinderen in een gezien de zelfde naam hebben, vaak gewoon met de zelfde vader en moeder, soms later vermeld met toevoegsels als "de oudere" en "de jongere" zelfs ook een keer eentje een Johannes die Jan werd genoemd en zijn broer Johannes gedoopt werd Hannes genoemd. Ik vind Jan's optie dat de tweede Jacob vernoemd is naar de vader van Annke Jacobs interessant. Ik ben aan het zoeken naaar de familie van Jacob Smits te Boxmeer en heb al enige aanwijzingen gevonden maar nog niks specifiek.

Mogelijk dat inderdaan erfenis en boedelscheidingen uitsluitsel bieden. Dat zou dan na 1672 moeten zijn, maar heb het overlijden van Gerrit Jacobs nog niet kunnen vinden.

Ik blijf zoeken, leuk he :-)
Antoon zei op 27 oktober 2020 om 12:03
@Peter
Om voor het burgerrecht in aanmerking te komen, moest je ook daadwerkelijk in Nijmegen wonen.
Daarmee valt optie 3 dus af.

Misschien is er in het Nijmeegs archief nog een testament van Gerrit Jacobs of een magescheid of iets dergelijks te vinden. Dat zou wat meer duidelijkheid kunnen verschaffen over zijn (klein)kinderen.
jan toirkens zei op 26 oktober 2020 om 13:03
@Peter. Dat er in het (veronderstelde ) tweede huwelijk opnieuw een Jacob wordt geboren kan te maken hebben met de familienaam van de moeder, ene Anneken Jacobs, alias Smits. Zoon Jacob uit het eerste huwelijk was dan al lang en breed uit het Nijmeegse vertrokken, dus de twee Jacobben als zoons liepen elkaar niet voor de voeten ( in de Nijmeegse akte). Dat er twee fysiek verschillende vaders, min of meer terzelfder tijd, opduiken met de zelfde voornamen, ene Gerits Jacobs (alias de Gruutenmaker) en een andere Gerits Jacobs (de Mater). is een m.i. vergezochte optie, maar alles is mogelijk uiteraard. Ik volg je opzoekingen met grote interesse, het blijft boeiend... elke keer opnieuw.
Peter de Vries zei op 26 oktober 2020 om 11:58
Beste Antoon,

Ik wilde nog even reageren op jouw tip aangaande de naam Gruttenmaker. Zoekende op die naam, blijkt inderdaad dat Jacob Gerrits, die kinderen doopte met Annke Jacobs, de naam Gruttenmaker gebruikte. Het zijn inderdaad hij en zijn zoons Jacob, Antonis en Jan, met wie hij later het burgerrecht krijgt.

Maar ook voor zijn huwelijk met Anneke Smidts alias Jacobs, komt Jacob Gerrits (Gruttenmaker) voor. Bij het overlijden van zijn (eerste) vrouw in 1636 staat hij voor het luigeld als Jacob Gerrits en voor begraven als Jacob de Gruttenmaker.

Die lijkt er steeds duidelijker op dat Jacob Gerrits Gruttenmaker die later met Annke Jacobs Smidts trouwde al eerder was gehuwd en waarschijnlijk dus met de moeder van Herman Gerrits (de Mater).

Wat nu wel moeilijk wordt is om te begrijpen wie de broer van Herman: Jacob Gerrits de Mater was die omstreeks 1660-1690 te Helmond als Bode/Deurwaarder en Koster werkte.

Want in 1672 haad Jacob Gerrits Gruttenmaker, dus ook een zoon Jacob in Nijmegen die met hem het Nijmegens burgerrecht verkreeg.

Dit is alleen te verklaren met: of
1) Herman en Jacob Gerrits de Mater hebben een andere vander Gerrit (maar let wel: Jacob Gerrits is getuige bij de doop van het eerste kind van Herman Gerrits te Nijmegen),
of
2) Jacob Gerrits, had twee zonen Jacob, eentje uit zijn eerste huwelijk geboren in 1630 en eentje uit zijn tweede huwelijk geboren in 1639
of
3) Jacob die in 1672 Nijmegens burgerrecht kreeg met zijn vader woonde toen ook te Helmond. Dit laatste lijkt me erg onwaarschijnlijk.

Weer niet een makkelijke puzzel :-(
Peter de Vries zei op 16 oktober 2020 om 15:45
Beste Antoon,

Bedankt voor deze interessante tip. Zelf heb ik niet meer gezocht na 1660 omdat de Jacob en Herman dan al richting Brabant (Mill, Helmond (Den Haag) zijn vertrokken.

Maar deze vermelding van het burgerrecht, duid wel degelijk op het gezin van Gerrit Jacobs, die als weduwnaar huwde met Anna Smits, en het echtpaar Gerrit Jacobs en Anneke Jacobs die kinderen Jacobus, Antonis, Jan en Derk doopten.

Aangezien zijn kinderen, dus ook het burgerrecht kregen in 1672, lijkt het er mij op, dat of Gerrit Jacobs, zijn eerste zoon uit zijn tweede huwelijk wederom Jacobus noemde maar dat hij al een oudere broer Jacob had die zich later Jacob Gerrits de Mater ging noemen,

Maar het zou ook kunnen dat deze Gerrit Jacobs dus een andere is dan die eerder gehuwd was met Neeltgen Hermans. Dan zouden Herman Gerrits de Mater en Jacob Gerrits de Mater dus volle broers zijn.

Ik zal eens verder zoeken naar deze mogelijkheden

Enorm bedankt voor de tip, ook naar het gebruik van de naam Gruttenmaker.
Antoon zei op 16 oktober 2020 om 14:11
Girrit Jacobs (gruttemaker) en zijn zonen Jacob, Antonis, Jan en Derck (plus 3 zonen van Derck) verkrijgen 4-9-1672 het burgerrecht van Nijmegen
https://hdl.handle.net/21.12122/2405576711

In de Nijmeegse archieven kom je Gerrit Jacobs ook tegen onder de naam Gerrit de Gruttemaecker, Gerrit die Grutemaker en andere varianten in spelling
voorbeeld: https://hdl.handle.net/21.12122/2375574168

Hij bewoonde een huis aan de Pauwelstraat/Grutberg te Nijmegen
Egbert zei op 16 oktober 2020 om 02:08
Mooi speurwerk en een leuk resultaat.
jan toirkens zei op 16 oktober 2020 om 00:11
@Peter de Vries : geweldig speurwerk van jouw kant. Het lijkt er erg veel op dat diverse stukjes van de puzzel in elkaar vallen. Die Gerit Jacobs grutemaker lijkt nu dus de oudst bekende voorvader. Mijn dank .....
Peter de Vries zei op 15 oktober 2020 om 08:31
Hallo

Ik wilde jullie een update geven aangaande het onderzoek naar de voorouders van Jacob Gerrits de Mater, die eind 17de eeuw bode, deurwaarder en koster te Helmond was. Een van zijn eerste vermeldingen zegt dat hij uit Nijmegen afkomstig was (vraag om aanstelling tot schoolmeester te Vorstenbosch).

Zoals hierboven te lezen valt, vonden we eerder dat Jacob Gerrits de Mater trouwde in Den Haag met Isabella de Craey. In Notariele aktes bleek dat hij eerder in Mill had gewerkt. Ook was er een vermelding van zijn broer Herman Gerrits de Mater.

In Den Bosch bleken eind 17de eeuw ook enkele De Maters te trouwen, eentje kwam uit Mill en een andere uit Heusden.

Zoekende in Heusden vonden we toen ene Hermanus Gerrits de Mater, schoolmeester te Mill, gehuwd met Elisabeth dochter van Michiel de Roover en Thoniske Aerts van Wijk, erfgenaam van de familie van Wijk uit Wijk en Aalburg.
Ik ben de afgelopen weken aan het zoeken geweest in Nijmegen (waat Jacob van dan zou komen) en in Heusden en omstreken, end at heeft het een en ander opgeleverd dat ik met jullie wilde delen. Zelf heb ik erg veel lol aan beleeft :-)

In de eerste plaats ben ik wezen spitten in de Ned. Herv/Gereformeerde doopaktes van Nijmegen, zoekende naar een echtpaar Gerrit en NN, die een zoon Herman en Jacob doopten, omstreeks 1620-1640. Dit was een heel werk, maar al snel bleek dat er een specifiek echtpaar in aanmerking komt. Het betreft.

Gerrit Jacobss in 1648 en 1650 nog doopgetuige bij de kinderen van zijn zoon Herman Gerrits. Gehuwd:
(1) als “Gerrit Jacobss van Cornelis Munster” [=Kornelimünster ten zuiden van Aken] gehuwd op (ondertr. 5 Mei 1622) 26 Mei 1622 te Nijmegen (schepenen) met Neeltgen Hermans, “jonge dochter van Sittard wonende te Nijmegen”
Neeltgen Hermans of Noelken Hermans. Noelken is een Rijnlandse verkorting van de naam Cornelia, net als Neeltgen. Kwam uit Sittart maar woonde bij haar trouwen in Nijmegen. Misschien is zij overladen in 1636, waneer vermeld wordt in kerkmeester rekeningen van de Ned. Herv. Gemeente Nijmegen (Inv. Nr 556, Archiefnr 280, Folio 74), dd 4-2-1636 betaling door “Gerrit Jacobs, Grutemaker voor erffgraff”
Uit dit eerste huwelijk:
1. Jacob, ged. 20-6-1624 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Willem Janssen, Jan Janssen)(ouders: Gerrit Jacobs en Neesken)
2. Herman, ged. 9-10-1625 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Peter Vlege, Joost Leeuwen, Erken Janss)(ouders: Gerrit Jacobs en Naelken)
3. Jacob, ged. 4-7-1630 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. -)(ouders: Gerrit Jacobs en Nöleken Hermans)

De bovenstaande Gerrit Jacobs staat vermeld als Grutter.

Zoals je ziet, is de moeder ene Noeleken alias Neeltgen en beide Herman en Jacob hebben een dochter genaamd Cornelia.

Nou heb ik een sterk vermoeden daat Neeltgen Hermans is overleden in 1636, vanwege een betaling van grafgeld. Maar ik weet dat niet zeker. Verder blijkt dat ene Gerrit Jacobs als weduwnaar trouwt. Er staat niet vermeld van wie hij weduwnaar was. Maar het blijkt te passen, maar is niet zeker.

Gerrit Jacobs gehuwd
(2) als “Gerrit Jacobs wed.” op (ondertr. 11 December) 28 December 1636 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Derck ingen Haghe) met Anneken Smids, “jonge dochter van Bocxmeer”. Een zus: Nelisken Smidts van Boxmeer met Jan Janssen regelen nalatenschap op 19-4-1628 te Nijmegen
Uit dit tweede huwelijk:
?. Jacobus, ged. 12-2-1639 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Thijs de Boom, Gerrit Adriaens tot Gorcum, Aeltjen Lacx tot Goch)(ouders: Gerrit Jacobs en Anneken Jacobs)
?. Pieter, ged. 4-12-1640 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Dirck Wouters Ingenhage, Reijnard Jacobs, Neleken Reijnen)(ouders: Gerit Jacobs en Anna Jacobs)
?. Derck, ged.15-7-1642 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Reinier Jacobs, Peterken Smits)(ouders. Gerrit Jacobs, Enneken Jacobs)
?. Anthonij, ged. 28-10-1645 te Nijmegen (Ned. Herv)(get. Cornelis Gijsberts, Elisabet Leesten)(ouders: Gerrit Jacobs en Anneken)
?. kind van Gerrit Jacobs, 10-5-1648 te Nijmegen (graf en luigeld betaald, kerkmeester rekeningen, Ned. Herv. Gemeente te Nijmegen
?. Johannes, ged. 4-3-1650 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Reijnier Jacobs, Johanna Legier)(ouders: Gerrit Jacobs en Anneken)
? Johannes, ged. 12-12-1651 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Reijnier Jacobs, Peter Jaspers, Marij de Boom)(ouders. Gerrit Jansz en Anneken Jacobs)
? Jenneken, ged. 13-9-1653 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Abraham Seller, IJfken Alerts)(ouders: Gerrit Jacobs en Anneken Jacobs)


Jacob Gerrits de Mater uit Helmond is dus of gedoopt in 1630 of in 1639 en in dat laatste geval trouwde hij jong en was dan dus een half-broer van Herman Gerrits.

Terwijl ik aan het zoeken was in Nijmegen naar de familie van Gerrit Jacobs, blijkt echter opeens dat er ook twee dopen stonden van een echtpaar: Herman Gerrits en Lijsbeth Micchiels. Dit moet wel slaan op de broer van Jacob Gerrits de Mater.

Het betreft:
1. Neeltjen, ged. 8-7-1648 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Gerrit Jacobs [vader van Hermen Gerritz!], Anna Bartelmeus)(ouders: Hermen Gerritz, Lijsbet Michiels)
2. Micchiel, ged. 2-8-1650 te Nijmegen (Ned. Herv.)(get. Dic van Lent, Jacob Gerits [broer van Herman Gerrits])(ouders: Herman Gerrits, Lijsbidt Micchiels)
Het trouwen van Herman Gerrits en Elisabeth Michiels, omstreeks 1645-1647 kon ik echter niet vinden in Nijmegen en toen ben ik gaan zoeken in Heusden waar ik het ook niet vond, toen in Wijk en Aalburg en daarna in veel omliggende plaatsen tot ik in Dordrecht terecht kwam en bij toeval vond:
“Herman Gerritssen, Backer j.m. van Nimmeghen, wonende in de Nieuwstraet”, tr. 13-10-1647 te Dordrecht (Ned. Herv.) met “Lijsbeth Micchiels, j.d. van Heusden, wonende tegenover de Vissbrugghe”.
Herman Gerrits blijkt dus Bakker te Dordrecht te wezen. Kort na het huwelijk zijn ze naar Nijmegen teruggekeerd waar ze twee kinderen doopten. In 1651 staat er in de documentenvan de Nassause Domeinraad dat ene Herman Gerrits is aangesteld als schoolmeester te Mill en later ook koster aldaar, en hij blijft dit tot ongeveer 1665. Sinds 1673 is er een andere schoolmeester. Na die datum duiken zijn mogelijke kinderen op te Den Bosch en trouwen aldaar. Mogelijk is Herman Gerrits daarvoor overleden?

Aangezien Lijsbeth Michiels dus afkomstig was uit Heusden, wat ook blijkt uit notariele aktes daar aangaande haar erfenis van de familie van Wijk. Heb ik verder gezocht in Heusden. Ik kan haar doop nog niet vinden maar vond wel het trouwen van haar ouders: Michiel de Roover en Thoniske Aerts van Wijck.

“Michiel Jansse “van Bommel [Zaltbommel], soldaet onder cap. Alebout” van Zaltbommel, tr. 26-6-1613 te Heusden met “Teuntgen Aertsen van Wijk wonende te Heusden”.

Nou woonde er in Zaltbommel een familie De Roover waaronder ene Jan de Roover die in 1591 burger van Zaltbommel werd. Hij moet voor 1609 overleden zijn, toen zijn vrouw hertrouwde met een schipper uit Heusden en toen ging zij dus in Heusden wonen, mogelijk met haar nog jonge zoon Michiel Jans de Roover. Zoals hieronder blijkt, hertrouwde ze in 1623 nog eens.
op 4-6-1609 te Zeltbommel (Ned. Herv.) Den selven dach uutgeroepen: Dierick Jacobssen, jonggesel en schipper van Huesden, en Cataryna Toenisdochter van Bommel, nagelaten weduwe van Jan de Reuver. En Dese syn getrout den 18-6-609 te Heusden alhier, vertoont hebbende bescheyt van Heusden. En te Heusden, Ondertr. 1609 te Heusden, Dirck Jacobs, van Heusden, schipper met Catharina Anthonisdr van Bommel, wed. van Jan de Bemmer [=andere naam voor Jan de Roover?]. Zij zou in Heusden blijven wonen en na het overlijden van haar tweede man, hertrouwen als: “Stijtgen Toens, wed. Dirck Jacobsen”, otr./tr. 1-12/17-12-1623 te Heusden met “Mateus Geartsen, wed. Cornelisken Toenis”.

Zoals jullie zien past het plaatje dus steeds beter. Ik hoop de komende weken meer te vinden in Nijmegen over de gezinnen van Gerrit Jacobs, en zekerheid te vinden over zijn mogelijke tweede huwelijk, en de afkomst van zijn mogelijke tweede vrouw Anneke Smidts uit Boxmeer, misschien alias Anneke Jacobs?
Peter zei op 9 augustus 2020 om 17:17
Beste Jan,

Zelfde geld voor mij, interessant probleem. Ik heb mijn gegevens niet bij de hand maar vond online onlangs in Documentatie van Nassause domeinen, de aanstelling van ene Herman Gerrits als schoolmeester en koster te Mill, al in 1651. Omstreeks 1670 is een ander al aangesteld als schoolmeester en koster dus ik vermoed dat Herman Gerrits omstreeks 1665-1672 vertrokken is uit Mill

Ben ook aan het zoeken geweest naar de familie van zijn vrouw maar kan niks vinden

Let op zijn broer Jacob Gerrits de Mater zou uit Nijmegen komen. Daar worden wel kinderen gedoopt die elin aanmerking komen maar zonder de naam de Mater
jan toirkens zei op 9 augustus 2020 om 15:49
Het laat me niet los.. Dus zat ik nog eens te kijken naar Herman van hierboven (de Mater) als schoolmeester te Mill. Ik veronderstel dat zijn vader Gerart is, dus was ik aan het zoeken onder lidmaten Grave (BHIC) en vond er ene Herman Gerits, lidmaat in 1687. Nog maar eens verder kijken denk ik of hij de zelfde is als die uit Mill.
jan toirkens zei op 13 juli 2020 om 17:43
Dat verklaart dan ook gelijk die Toniske als dochter van Jacob Gerits de Mater.
jan toirkens zei op 13 juli 2020 om 17:43
Dat verklaart dan ook gelijk die Toniske als dochter van Jacob Gerits de Mater.
jan toirkens zei op 13 juli 2020 om 17:40
... :-) Wat eeh geweldige vondst... Mijn complimenten voor het uithoudingsvermogen..... Aelburg/Altena dus.
Peter de Vries zei op 13 juli 2020 om 17:31
Hoi allemaal,

Ik wilde dit laten rusten maar kon het toch niet laten rusten. Hierboven word Anneke de Mater uit Heusden genoemd, dus ik ben gaan zoeken in het land van Heusden en Altena en vond daar het volgende:

Rechterlijk Archief Heusden Toegang 124, dd 31 October 1661
Hermanis de Mater schoolmeetser tot Mille in de lande van Cuijk als getrout hebbende Lijsbet Michiels de Roover dochter van Michiel de Roover ende Tonisken Aerts ende erffgenaem van wijlen Aert Aertsen van Wijck in sijn leven woonende tot Wijk sijns Hermanis de Mater voorschreven huijsvrouwen ooms aenlegger, contra Adriaen Aertsen van Wijck woonende in den dorpe van Wijk voornoemde broeder van den voorschreven wijlen Aert Aertsen van Wijck ende mitsdien bijde aflijvicheit van voorschreven Aert Aertsen van Wijck ale mede erffgenaem van den selven, onder geslaegen hebbende alle brieven obligatien ende credieten de naelatenschap van voorschreven wijlen Aert Aertsen.

Dus Herman Gerrits de Mater was schoolmeester te Mill in 1661, en dat past mooi bij zijn broer Jacob Gerrits de Mater.

Verder kijkend vond ik online vond ik: via Genealogieonline.nl ene
Hermanus de Mater die omstreeks 1610 getrouwt moet zijn met Thoniske Aerts van Wijk dr van ene Aert Jorisse van Wijk en Lijske Adrieans, die allen in Wijk bij Aalburg zouden wonen.

Let op de eerder genoemde Anneke de Mater vertrok ook naar Hemert/Nederhemert en dat ligt daar net naast.

Ik vermoed dus nu dat de De Maters, wortels in het land van Altena hebben.
jan toirkens zei op 8 juli 2020 om 14:40
Dag Peter :-) Alles staat of valt zoals dat heet, met de verdere beschikbare bewerkingen van allerlei archieven, gekoppeld aan het feit of die bwerkingen of toegangen dan ook op Internet beschikbaar zijn. Er is een wereld van verschil dienaangaande tussen de diverse archieven momenteel, maar het BHIC loopt daarin zeker voorop. Ik ben het eens met je conclusie over de maatschappelijke *status* van dit groepje de Mater.
Peter zei op 8 juli 2020 om 14:02
Beste Jan,

Mijn overzicht is niet perfect, en er kunnen foutjes inzitten. Ik verzamel dit zoals het komt en vooral intypen van aktes gaat nog wel eens fout. Correcties aanbevolen.

In de 17de eeuwe profiteerde veel protestanten van de situatie dat roomse mensen geen officiele posities meer mochten innemen. Dus de paar protestanten te Helmond, konden zo mooi de baantjes als koster, deurwaarder en drost verdelen en natuurlijk bleef er bij inbeslagnames altijd wel wat aan de strijkstokkleven. Ik heb twee families (Heycoop en De Mater) die zo posten als vorster, schoolmeester en koster waren in en om Helmond.

Wat vaak moeilijker is, is dat de kerkboeken van de kleine hervormde gemeenschappen niet goed werden bijgehouden of incompleet zijn. In Den Bosch is dat beter, maar zelfs in Helmond is er voor 1678 niets te vinden.

Ik vermoed dat Jacob Gerrits de Mater, niet van bijzonder goede afkomst was, maar kon lezen en schrijven, en dat hij profiteerde van het feit dat hij protestant was. Ik vermoed dat zijn familie mogelijk banden had met het leger, mogelijk dat zijn vader soldaat was. Dat zou ook blijken uit de sporadische De Maters die opduiken in Den Bosch/Grave. Dat maakt het ook duidelijk dat er zo weinig van hem te vinden is voor hij bode te Helmond wordt. Misschien was hij een jonge soldatenzoon die kon schrijven en ik denk daarom niet dat het makkelijk zal zijn aktes van voor 1650 over hem en zijn familie te vinden.

Waarschijnlijk dat zijn vader Gerrit en broer Herman Gerrits, in de archieven voorkomen zonder hun bijnaam De Mater. Dus dat maakt het zoeken nog moeilijker.

Maar misschien heb ik dat verkeerd. De afgelopen dagen is zoveel ontdekt misschien meer in de toekomst
jan toirkens zei op 8 juli 2020 om 12:56
Prima overzicht Peter :-). Ik hoop dat meerdere personen nu *meekijken*, mogelijk dat de achtergrond van Jacob en diens broer nog wat duidelijker kan worden. Gegevens uit Nijmegen/Grave zouden van belang kunnen zijn. En omdat de man zeg tussen 1660-1689 dik 25 jaar actief was in Helmond en omstreken zou je verwachten dat het notarieel en schepenbankarchief Helmond nog gegevens kunnen opleveren. (RHC-Eindhoven). Dus dank voor al je werk , ook dank aan de andere bijdragers van hierboven. Met groet..
Peter zei op 8 juli 2020 om 08:08
Bijlage: Huisarchief Gemeente Helmond (Index Charters Verworven Goederen) Map qq 601
Resoluties van het stadsbestuur waarbij kosteres Isabella de Mater en organist Frederick Bronckhorst worden aangezegd om respectievelijk te stoppen met het luiden van de klok om 10 uur 's avonds en het spelen op het orgel, 1689. Afschrift. Met aantekeningen van de explotering door ondervorster Jan Arts Bisschoppen.

Bijlage: Vermeldingen in de archieven van de Raad van Brabant

Resoluties Raad van State, Inv. nr. 201, Toegang: 178 dd 28-8-1659
Schepenakte 298 Pagina 436v
Verzoek van Jacob Gerits de Mater van Nijmegen om de schoolmeestersplaats te Vorstenbosch in het kwartier van Maasland

Raad van Brabant, Inv. Nr. 1058, dd 21-5-1669
Aanstelling van Jacob de Mater, boode der stadt Helmond, tot deurwaarder

Dd 26-1-1687 H.N. Ouwerling "Geschiedenis ... Deurne". Het jaar 1687 zette intusschen allesbehalve prettig voor den pastoor in. Den 26en Januari had er een verstoring van den Roomschen dienst plaats. Hoe 'k gezocht heb, 'k weet er natuurlijk wel iets van, maar 't fijne van de zaak ben ik ondanks al mijn zoeken niet te weten kunnen komen.
Den 24en Januari 1687, 's nachts, is Goort Everts de Boy op last van den drost Jacob de Mater uit Helmond en den vorster uit Beek gaan halen. Dezen zijn den 25en aan het huis van den drost gekomen en hebben er 's nachts gelogeerd, "alsoo men geen suspitie aende naebueren en woude geven".
Den 26en werden de geloovigen in de kerk overvallen en werd de dienst gestoord. Drost De Caesteker met zijn helpers had zijn slag geslagen. Een kolossale geldboete was er in 't vooruitzicht. Maar nu deed zich 't eigenaardige geval voor: de schepenen wilden het placcaat van den Roomschen dienst evenmin als dat van maintenue van de gereformeerde religie executabel verklaren. En toch van die schepenen waren er dit jaar 4 protestant!

26-1-1687 O.A.A. Deurne doos 161 map 1477
Specificatie voor Louis de Caesteker, drossard van de verteringen, verschoten en gedaan van de calangien van de Roemschen dienst op 26-1-1687 door Jacob de Maeter. Ten eerste gegeven aan Goort de Boeij 12 st die op den 24 januari 1687 Jacob de Maete tot Helmont ende voster tot Beeck inde naght gingh halen. Jacob de Mater met de voster van Beeck op 25 januari 1687 aen mijn huijs gekomen, daer snaghts gebleven, alsoo men geen suspitut aende naebueren en woude geven sijn doen 2 daegen aen mijn huijs gelogeert geweest, stel voor ider persoon 12 st. des daeghs comt voor de twee persoenen 2 gulden en 10 stuijvers.
Op den 20 feb. 1687 tot Helmont geweest ende met Roefs ende Craenenbrock geadviseert, wegens dat de schepenen het placaet vanden Roemschen dienst, als het placaet van mentenu vande gereformeerden niet en worde executabel [vercaelen] doe met haer verteert alsoo geen gelt voor advies en begeerden 1 gulden 18 st. Naar den Bosch gegaen om van sijne Ho. Ed. heer van Doerne order te ontfanghen wat ick inde saeck soude doen. De heer heeft mij gelast om alle personen hoofd voor hoofd op de rol zou zetten. Ben daarvoor drie dagen weg geweest en voor de verteringen gerekend 7 gulden 10 st. Jacob de Maeter op den 28 februari aen mijn huijs gegeten en gedronken, samen met de vorster, om al de personen die inde Roemsche dienst waren geweest te noteren en daarvoor twee dagen bezig geweest. Gerekend 1 gulden 5 stuivers.
Op 4 maart 1687 naar den Bosch gegaen om met de heren advocaten Haemel en Colpes te adviseren wat ick inde saecke soude doen, in schriftelick advies. Vier dagen verteringen, daervoor gerekend 10 gulden. Betaelt aen de heren advocaten 2 ducatons is 6 gulden 6 stuivers.
Op 3 april heeft Jacob de Maeter een dagh in mijn huijs geweest toen hij het paepenhuis in Aerelt [naemp] met twee schepenen. daarvoor verteert. 12 stuivers. Wederom naar den Bosch geweest om met de heer van Deurne te spreken en daarvoor 3 dagen weggeweest, verteert 7 gulden 10 stuivers. Betaalt aan de procureur Aelbert, 6 gulden 6 stuivers. Betaalt aan de weduwe van Jacob de Maeter wegens gedane executie 26 gulden. Uitgegeven aan leges, papier 1 gulden 6 stuivers.
Alsoo de haer hoogh edele vrouwe van Doerne zaliger mij hadde gelast dat ick enige aerme personen soude crijgen die enige dagen zoude gaan opassen op de boers die de moelen ontvoeren ??, waer onder andere een man is geweest Jan Loe[r]en (of Loeijen), swaeger van den president, ende Lambert Loeren. onder voorwaarde dat sij van ider persoen die sij soude aenbrenge een derde part vande boeten soude genieten, maer alsoo sij mij claeghden dat ondertusschen niet leven en conden. met toestemming van de vrouwe van Doerne heb ik ze tussentijds drie gulden gegeven, maar ik heb daar geen quitantie van. dus 3 gulden. Aen segel veschoten 16 stuivers. Aen de vorster en de schutter gegeven 6 gulden wegens het onvaeren van de moelen. Alsoo de heer van Doerne zaliger mij geordonneert hadt dat ick mijn soude bevragen of men de soon van Jan Daeniels van Breij niet bij de cost en soude vatten etc.. 1 gulden 4 stuivers
Noch gegeven aght stuijvers voor twee leges het een daerop gefen een ordinantie om de meijt van Reijnder den Smit te ordineren om getuigenis der waerheijt te geven wegens het dootslaan van Nelis Jan Rutten, het ander om het jaegen te verbieden. .. 8 stuijvers. Voor de heere van Liessel, geacordeert met Jan van den Boomen wegens de cinder [mekerij] [gedeelte van de teksten zijn weggevallen] de vorster gegeven door mijn, ses gulden, blinckende bij specificatie ende quitantie. Aende advocaet Craenb. gegeven 2 ducatons dus 6gulden 6 stuivers. Aen Jacob Goloffs gegeven 6-18-0 die door de vorster en schutter aen sijn huijs waeren verteert.

Bijlagen: Index schepenprotocol Sint-Michielsgestel (5121.56) Schepenakte 64 dd 17-2-1676

Wij Jan van de Heuvel en Jan Claes Cluijtmans, schepenen verklaren dat voor ons is verschenen Jacob de Mater, deurwaarder van de Raad van Brabant zoals hij verklaarde, wonend in de stad Helmond die in zijn hand een open brief van deze Raad heeft d.d. 13 december 1675 met uithangend zegel, en ondertekend door N. van Haer, waarbij Everard van Doorne als heer van Asten, Ommel etc. als man van vrouwe Anna Constancia van Boecop dochter van Ernst van Boecop zu Rouwenbergh heer van Birgel in eerste huwelijk verwekt, was gemachtigd omdat hij van deze Raad van Brabant * \veniam agendi* (vergunnig om te handelen), had verkregen tegen zijn schoonvader en daarbij voorlopig beslag mocht leggen of bij tegenstand erin dagvaarding zou mogen plaatshebben voor genoemde Raad. Vervolgens heeft genoemde Jacob de Mater ten behoeve van genoemde Everard van Doorne beslag gelegd op het huis genoemd de Rauwenbergh met alle landerijen etc. zoals de hoevenaar Jan Arijens van Groenendael nu in gebruik heeft. Verder nog op de hoeve aan de Pleijn met alle landerijen zoals wordt gebruikt door Gerrit Henrick Willems als hoevenaar, beide bezittingen alhier te Gestel gelegen. Verder nog alle landerijen behorend tot de hoeve genoemd de Denneboom ook te Gestel gelegen en wordt gebruikt door Willem Rutten en verder alle pachten, rentes, chijnsen en tiendes in deze heerlijkheid, eerder eigendom van jonker Christoffel van Boecop en nog alle ongespecificeerde roerend bezit dat door wijlen jonker Christoffel is nagelaten. Verder heeft Jacob de Mater op alle inkomsten beslag gelegd, berustend onder Anthonis Henrick van Venroij die alhier te Gestel woont en het beheer heeft over dat bezit met een verbod dat die aan niemand inkomsten zal mogen overhandigen. Datum 17 februari 1676.

Bijlagen: Index schepenprotocol Sint-Oedenrode (7636.68) Schepenakte 102 dd 1681

Soo heeft Jacob de Mater deurwaerde door lasten van Anthoni Brauwers deurwaerder van de gemeene slans middelen in arresr genoemen secker stuck lants genoempt de Lucht, gelegen ter plaetse Ollant. Welcke acker in gebruijck is hebbende Willem Wouter Gijsberts, eertijts toebehoort hebbende Goijert Jacobx van de Velde. Vermelding van: Mevrouwe Maria Hamel weduwe van wijlen de heer Johan Hamel in sijn leven ontfanger generael van de Beursen ende ander beneficie
Peter zei op 8 juli 2020 om 08:07
Zoals belooft hier de gegevens die ik heb van Jacob de Mater te Helmond. Van maar een kind, Gerardus, is een doop bekend. Dat is volgens mij ook zijn laatste kind. De andere kinderen zijn voor 1678 geboren. Maar toen bestond het doopboek van de kerk te Helmond nog niet.

2578. Jacob Gerrits de Mater Mogelijk afkomstig uit Nijmegen en geboren omstreeks 1630. Het vroegst duikt hij op in April 1659 te Den Haag: Op 25 April 1659 wordt hij al vermeld in een notariele akte opgemaakt door notaris Philippe van Delden te Den Haag, waarin zijn broer Herman Gerrits de Mater wordt gevraagd geld te vorderen van ene Claes Jans te Mill in het land van Cuijk, vanwege onbetaald loon. Mogelijk dat hij te Mill gewerkte had voor die tijd. Hij verzoekt op 25 Augustus 1659 bij de Raad van State om een schoolmeestersplaats te Vorstenbosch, als Jacob Gerrits de Mater, zijnde afkomstig uit Nijmegen. In 1660 trouwde hij te Den Haag. In een akte van 9 Mei 1664 te Den Haag wordt hij vermeld als bode te Helmond, evenal in een akte uit maart van dat jaar. Al in 1661 staat hij vermeld als “bode van Helmod” als hij als getuige optreed in een notariele akte te Den Haag. In 1668 werd een kind van hem te Helmond begraven. Op 21 Mei 1669 wordt hij aangesteld als deurwaarder van de Raad van Brabant. In Schepenprotocolen van Schijndel (Oud rechterlijk archief Schijndel) Fol. 45 dd 27-12-1677 staat "Jacob de Mater, deurwaarder van de Ed. Mog. Rade van Brabant ...". Pas in 1678 een eerste en enige doop vermeld van een zoon Gerard. De andere kinderen zijn eerder geboren, maar er is geen doopboek van de Ned. Herv. Kerk te Helmond van voor die tijd. In het archief van de Raad van Brabant, criminele process stukkken (Inv. 7334: acte 441.117) komt voor een process uit omstreeks 1681 aangaande "Albert baron van Berlo in Someren: mishandelen en belemmeren in uitoefening van zijn functie van deurwaarder Jacob de Mater". Bij deze mishandeling was Jacob de Mater, “beschonken zoals gewoonte”. Op de lidmatenlijst van 1683 vermeld als "Jacob de Mater - deurwaarder (overleden op 22 Aug. 1689)". Koster van de Ned. Herv. Kerk te Helmond. In 1687 is hij als drost van Helmond samen met de vorster van Beek betrokken bij het sluiten van een Roomse schuilkerk te Deurne. Overleden: 22 Augsutus 1689 te Helmond "Jacob de Mater, Coster, Nalatenden vrouw en kinderen" begraven op 24 Augustus 1689 te Helmond. Gehuwd als “Jacob Geraards de Maetre jonghman” op 18 April 1660 ’s Gravenhage (Ned. Herv.) met “Elisabeth Craeij jonghdochter, beijde wondende [Den Haag]”
2579. Isabella de Craey geboren omstreeks 1630-40. Dochter van Corstiaen Craij en Martijntje Colijn uit Den Haag. Op 9 Mei 1664 te Den Haag vermeld als zijnde vrouw van Jacob de Mater, bode te Helmond. Op het lidmatenregister van de Ned. Herv. Kerk te Helmond uit 1683 staat vermeld "Isebel de Craey vrouw van den Mater" overleden: 5 Februari 1702 te Helmond "weduwe van Jacob de Mater, nalatende haar kinderen". Zij was getuige bij de doop van Adrianus Leemans in 1697. In 1689 werd zijn vermeld (zie Bijlage) als kosteres te Helmond (mogelijk nam zij deze functie waar na het overlijden van haar man). Begraven op 10 Februari 1702 te Helmond.

Kinderen o.a [Voor 1678 zijn er geen doopboeken van de Herv. Kerk te Helmond]
1. Martijntje, geb. omstreeks 1660-1665
2. Begr. 1-1-1668 te Helmond (“(kind van) Jacob de Mater”)
3. Cornelia de Mater, geb. omstreeks 1665 (Lidmatenlijst van Ned. Herv. Kerk te Helmond: 2-1-1684 met att. Van Bommel gekomen, op 22-7-1694 ingeschreven als lidmaat te ’s Hertogenbosch, 4-1-1686 met att. Naar Bommel vertrokken. In 1687 met att. Van Heese gekomen "aangekomen op 30 Maart" en met att. Naar Heese vertrokken)(Cornelia de Mater, otr./tr. 11-4/26-4-1693 te Heeze (als jongman en jongdochter wonende alhier) met Matrinus Verhoeve zn van Willem Athonis Martens Verhoeven (schoolmeester te Geldrop) en Christina Tonis Box , Op 30-4-1693 te Heeze werd al hun zoon Wilhelmus gedoopt, op 27-1-1700 te Waalre wordt een dochter Elizabeth gedoopt (moeder: Cornelia de Matres), op 17-12-1702 te Eersel gaat Martinus Verhoeven uit Heeze, wedn. Van Cornelia de Mater in otr. met Cathelijne Cox uit Bergeijk)
4. Johanna de Mater, geb. omstreeks 1670 (overl./begr. 3/5-2-1740, in 1711 te Helmond wordt er een dochter Isabella gedoopt als dochter van Johanna de Mater en Cornelis Sijmons, haar moeder Isabella de Mater was daarbij getuige. Criminele vonnissen Raad van Brabdant, toegang 19: vonnisnr 5668 aangaande Johanna de Mater, meederjarig dochter te Helmond en Cornelis Sijmons, deurwaarder van de Tolkamer van s’Hertogenbosch, vanwege het verbreken van trouwbelofte na het hebben van vleeselijke consumptie. Er waren meerdere klachten over deurwarder Cornelis Simons, tussen 1709 en 1718. Volgens Raad van Brabant: Cornelis Simons vertrokken voor 25-2-1718 met een VOC schip naar Indie en een nieuwe deurwaarder word aangesteld.)
5. Jacomijn, begr. 17-8-1695 te Helmond (vermeld als weduwe van maar waarschijnlijk dochter van Jacob de Mater)
6. Begr. 24-8-1689 te Hemond (“(kind van) Jacob de Mater”)
7. Gerardus, ged. 17-12-1678 te Helmond (Schepen van Helmond van 1714-1718, Burgemeester van Helmond in 1722 en 1728, koster in 1723, otr./tr. 27-11/5-12-1706 te Helmond met Jacomina Willem Huijbers Verspaget)
Peter zei op 7 juli 2020 om 20:54
Hoi

Van het gezin Jacob Gerrits de Mater, deurwaarder en koster te Helmond en zijn vrouw Isabella weet ik genoeg.

Zijn zoon Gerard werd daar in 1678 gedoopt en hij zou daar later burgemeester koster en schepen zijn. Zijn zus Martijntje was al bekend.
Verder had hij verschillende andere dichters zoals de bovenstaande Johans, Cornelia etc. Ik kan er nu niet bij maar zal morgen mijn gegevens van Jacob Gerrits de Mater hier neer zetten. Heel interessant figuur.

Waar ik meer in geinterseerd ben is zijn afkomst en verdere familie zoals die andere Gerrit en dus een broer Herman
jan toirkens zei op 7 juli 2020 om 18:37
Zat nog even te grasduinen bij de vonnissen Raad van Brabant (BHIC). Het proces 18 december 1710 vermeld Johanna de Mater als meerderjarige dochter, wonend te Helmond. Er is sprake van trouwbeloftes in combinatie met vleselijke etc.. Dat zou betekenen dat ze is geboren rond 1675-1685 (gokje). Ze kan in ieder geval geen dochter van Gerard zijn, die woonde weliswaar in Helmond in 1710, maat huwde pas in 1706. Blijft over dat ze een dochter was van Jacob Gerart de Mater. Verder zag ik dat de weduwe van Jacob ook een zaak voor de Raad van Brabant opduikt.
jan toirkens zei op 7 juli 2020 om 12:40
Is inderdaad een vondst van jewelste Anton.. Beetje lastig ook. Als Jacop Gerits de Mater in 1660 trouwt, kan diens zoon Gerrit op zijn vroegst zeg 1660-1665 zijn geboren. Als hij (Gerit) dan rrond 1678 in Den Bosch wordt ingekwartierd zou hij wel erg jong zijn..,m,aar het kan dus wel. Maar evengoed zou deze soldaat de VADER van Jacop kunnen zijn. Als soldaat kwartierde hij de ene keer in te Nijmegen, de andere keer in Grave, Mill, misschien zelfs wel tot in Den Haag toe.
Peter zei op 7 juli 2020 om 12:11
Beste Anton

Heel mooi! Deze Gerrit de Mater is dus nu een andere persoon die we moeten plaatsen. Hij zou een broer kunnen zijn van Antonetta, Maria en Anneke. Interessant is dat Gerrit de Mater omstreeks 1679 ging dienen in het zelfde regiment waartoe James Gorden deeluit maakte, de man van Maria de Mater.

De man van Annneke staat niet vermeld als soldaat, maar ik vermoed dat de reden dat zij naar Engeland verhuisde mogelijk relateerd is aan de overplaatsing van veel Nederlandse regimenten naar dat land in 1689.

Peter
Peter zei op 7 juli 2020 om 09:23
Nog eentje en dan hou ik op :-)

Ik kwam nog een meisje de Mater tegen, en die noemde een zoon Hermannus!

Antonetta/Teuntie de Mater, geboren omstreeks 1650, tr,. voor 1678 met Jacob de Rhode/Jacob Roode
Kinderen:
1. Elisabeth Rode, ged. 22-10-1678 te ’s Hertogenbosch dr van Jacob Rhode en Antonetta de Mater
2. Hans Jacob, ged. 22-9-1680 te ’s Hertogenbosch dr van Jacob de Mater en Antonetta de Mater
3. Hermannus, ged. 9-9-1682 te Grave dr van Jacobus Roode en Teuntje de ... [Slecht leesbaar maar kan Mater zijn]

Wederom waarschijnlijk een huwelijk met een soldaet.
Peter zei op 7 juli 2020 om 08:43
Beste Jan,

Die Cornelia de Mater is een dochter van Jacob Gerrits de Mater, uit Helmond. Hij had een dochter Cornelia, die voor haar trouwen een paar keer van Helmond naar Den Bosch en Zaltbommel verhuisde.

Ik heb de andere meisjes De Mater te Den Bosch eens nagekeken. Dit zouden ook dochters van Jacob kunnen zijn, maar ben niet zeker, kunnen ook dochters van Herman zijn. Of misschien geheel niet verwand.

Ik heb dit nog eens nagetrokken en gevonden:

Ned. Herv. Trouwafkondigingen 's Hertogenbosch (1680-1700)

25-10-1681: Jeems Gorden, uijt Schotland, soldaet onder Capt. Bruce, met Maria de Mater, JD van Mill, wonende in de St. Jorisstraet.

Dit echtpaar doopte op 5-12-1688 te ‘s Hertogenbosch een dochter Catharina. De vader dan Jacobus Goorden genoemd. “Catharina, kind van Jacob Goorden en Maria de Mater”

Maria zou in 1696 als wed. hertrouwen met Hendrick Waelre uit Zwitserland. Daaruit werd ook een kind geboren in 1697.

Afgaande op de geboorte van de kinderen in 1688 en 1697 blijkt dat Maria de Mater geboren moet zijn tussen 1650 en 1670.

Volgens mij is ze daarom waarschijnlijk niet een zus van Jacob Gerrits de Mater, maar zou best een dochter kunnen zijn van Herman Gerrits de Mater. Maar dat is gissen.

Verder een naamgenoot, misschien familie?

Anneke de Mater, geboren tussen 1645 en 1670. “JD van Heusden wonende in de Pieterstraet”, otr. 7-12-1686 te ’s Hertogenbosch met Martinus Jans, “weduwnaar van Johanna Verkercke wonende in de Hinthamerstraet”. Als lidmaat ingeschreven op 8-10-1676 te ’s Hertogenbosch en als jongdochter vertrokken op 25-8-1683 naar Nederhemert. Ze werd weer lidmaat te ’s Hertogenbosch op 12-10-1685 met attestatie van Hemert, en vertrokken op 21-5-1689 naar Engeland. Maar op 26-4-1690 was Anna de Mater, lidmaat van de Herb. Kerk te ’s Hertogenbosch.
Kinderen:
1. Johannes, ged. 3-10-1687 te ‘s Hertogenbosch
2. Lijsbeth, ged. 26-2-1693 te ‘s Hertogenbosch

De familie De Mater was duidelijk niet Rooms, en dat maakt het zoeken niet makkelijk. Kan best dat ze geboren waren in Mill, maar elders gedoopt. Ook zijn de Protestantse doopboeken op het platteland niet erg compleet.

Peter
jan toirkens zei op 7 juli 2020 om 02:43
OP 22 juli 1684 wordt iN Den Bosch als lidmaat ingeschreven ene Cornelia de Mater, met attestatie van Helmond.
Norah zei op 6 juli 2020 om 20:01
De naam de Mater kan betekenen dat de familie afkomstig was uit Mater, een plaats bij Oudenaarde gelegen; Oost-Vlaanderen.
jan toirkens zei op 6 juli 2020 om 19:03
@AntonS, dank je.. jouw link werkte dus. Heb de .akte gevonden. Egbert was me al voor. Mooie handtekenng van Jacob. Beide aktes zijn hierboven al weergegeven in principe. Nu maar zxeken onder Mill... voor hetgeen Herman daar klaarspeelde rond mei 1659.. De beide *mogelijke zussen* van Jacob, resp. Mill en Heusden, prima zoekmogelijkheden dus nu.
Egbert zei op 6 juli 2020 om 18:24
Jacob Gerits de Mater machtigt zijn broer Herman Gerits de Mater om geld te ontvangen dat hij nog krijgt van verdiend loon van Claes Jans., wonende te Mill.
Peter zei op 6 juli 2020 om 18:03
Beste Jan,

Ik vond verschillende referenties naar ene Jacob de Mater in de index. Deze staat boven aan deze pagine:
https://www.archieven.nl/nl/zoeken?mizig=210&miadt=59&miaet=1&micode=0372-01&minr=4586094&miview=inv2

Daarna ga naar
3.108. Philip van Delden ten Berckhuijs (Van Delden) *
568-576 Minuutakten, 1659-1724
568 1659 apr - sep, 1661 feb - 1666 i
Dan klik op de eerste fiche.
De tumbnail van dit fiche is wit en er staat een BNR nummer op maar als je het openent, laat het een heel stel andere paginas in de PDF. In de eerste paar pagina's staan 2 aktes, folio2 en 6 officieel, waarin ook Mill vermeld wordt

Ik hoop dat je dit nu kunt vinden. De akte is niet geheel duidelijk voor mij. Ben nog bezig.

Verder over meisje uit Mill. In 's Hertogensbosch trouwt ene Maria de Mater jongdochter uit Mill. Later ook een Anneke de Mater uit Heusden, omstreeks 1680-1690. Ik vermoed dat dit zussen of nichten zijn.

Mogelijk dat de naam De Mater los gebruikt werd en dat hun vader een andere naam gebruikte. Kan best dat broer Herman Gerrits niet onder de naam De Mater bekend stond, maar zo werd omschreven omdat hij de broer van Jacob Gerrits de Mater was. Mater zou kunnen slaan op Maitre: = Meester en dat was Jacob (Herman waarschijnlijk niet)
jan toirkens zei op 6 juli 2020 om 17:14
@Peter : Ik heb alle 101 paginas doorgenomen van inv.nr. 372-01 (568) van deze notaris Philip van Delden, maar ik heb jouw akte van 26 april 1659 NIET kunnen vinden. Ik heb verder gezocht naar mijn notitie die ik maakte over die trouw te Mill... maar gezien de rijstebrei alhier ten mijnen huize,,.. die evenmin kunnen vinden. Ik ben zeker dat ik haar in Mill vermeld zag staan, maar het kan ook als een getuige bij een doop zijn geweest. Ik zal kijken of ik haar weer kan vinden. Maar ik kwam haar op het spoor toen ik op de Nijmeegse archiefwebsite aan het zoeken was...dat staat me nog vaag bij.
Peter zei op 6 juli 2020 om 15:47
Beste Jan,

Ik begrijp de akte niet precies, maar volgens mij gaat het er over dat Jacob de Mater nog geld krijgt, vanwege onbetaald loon. Of de schuldenaar ook daadwerkelijk Claes Jans te Mill is is me niet duidelijk. Let wel dat enkele maanden na deze akte, solliciteerd Jacob Gerrits de Mater naar de baan van Schoolmeester te Voorstenbosch. Later is hij bode te Helmond. Mogelijk heeft hij voor 1659 te Mill gewerkt.

Ik ben zeer geinteresseerd naar het trouwen van de dame De Mater te Mill. Kun je me die gegevens toesturen? Ik heb die daar nog niet gevonden.

Vriendelijke groeten

Peter
jan toirkens zei op 6 juli 2020 om 15:07
Dat gegeven van Mill.... is mogelijk heel interessant, Ik vond daar een jongedame de Mater die daar trouwt, qua tijdlijn leek het me een zuster van Jacob.
Peter zei op 6 juli 2020 om 14:11
Nog maals een update:

De Haagse notariele archieven waarop Anton me attend maakte zijn echt een heel goede bron. Het blijkt dat Jacob de Mater voorkomt soms als gewoon getuige.

Maar ook een keer in een heel interessante akte: Voor Notaris Philippe van Delden Inv.nr. 568, folio 2 en ook 6, dd 25-4-1659 te Den Haag.
In deze akte komt voor Jabob Gerrits de Mater en Herman Gerrits de Mater, sijn broeder!!!!. De akte gaat over de vordering van onbetaald loon met een vermelding van een Claes Jans te Mill in het land van Cuijk.

https://www.archieven.nl/nl/zoeken?mizig=210&miadt=59&miaet=1&micode=0372-01&minr=4586094&miview=inv2
Zie folio 2 en 6
Peter de Vries zei op 6 juli 2020 om 08:10
Nog even een update:

Ik heb het huwelijk gevonden

Jacob Geeraerts de Matre jongman en Elisabeth Craey jongedochter, beide wonende [alhier] op 18-4-1660 te 's Gravenhage (Ned. Herv.)

Er staat echter niet waar Jacob vandaan kwam. Ik vermoed dat hij wel degelijk de zelfde is die in 1656 schoolmeester wilde worden in Vorstenbosch. Ook zijn er meer notariele aktes waar Elisabeth/Isabelle Craey vermeld word, maar die zijn niet in te zien.

Ik vermoed dat Jacob tussen omstreeks 1656 en 1660 te Den Haag woonde, maar omstreeks 1662-1664, misschien al in 1660 weer naar Brabant is vertrokken.

De vader van Isabel: Corstiaen Janse Craey/Craij/Craaij, komt sinds 1636 voor te Den Haag als passementwerker.

Inderdaad komt ook de familie Colijn hier voor, dus er is nu een beter beeld van de voorouders van Isabel Corstiaens de Craey.

Toch weer verder zoeken naar Jacob

Peter
Peter de Vries zei op 3 juli 2020 om 20:08
Bedankt Dorethe en Anton,

Ik had ondertussen zelf ook de akte nog eens rustig bekeken en uitgevogeld dat het om een vierde deel erfenis ging en Martijntje Colijn is dus Isabella de Craeijs moeder, wat ook mooi klopt met de vernoeming van haar dochter Martijntje de Mater.

Antons transcriptie is wel erg goed, want ik struikelde over de verschillende beroepen en de naam van Bastijaen van Duijren (ik Had Baltasar van Oeijren).

Ik ben inmiddels al wat verder met de familie Colijn. De erfenis betreft of die van hun grootvader (hun vader was Adriaen Jans Colijn) of die van hun oudste broer Jan Arendse Colijn. Hoewel dit nog allemaal sterker moet worden onderbouwd met meer bewijs.

Arent/Adriaen Jans Colijn gehuwd omstreeks 1615 met
Jannetje Pieters Tols
Kinderen:
?. Jan Arendse Colijn (leefde nog in 1652, maar zaliger in 1664)
1. Willem Adriaens Colijn (mr. metselaar in 1664, tr. 8-5-1644 te ’s Gravenhage met Maertgen Ariensdr. van Veen dr van ..., zij doopte 7 kinderen te Den Haag waaronder ene Martina/Martijntje)
2. Adriaen Colijn ???
3. Pieter Arents Colijn (vermeld als mr. metselaar, Overl. voor 5-1664, tr. 20-2-1647 te ’s Gravenhage met Maritje Cornelis Gravelaar dr van Cornelis Thijs Gravelaar en Jannetje Gerrits, in 1674 is zij weduwe van Pieter Arents Colijn en wordt voor het afdragen van de 200e penning haar vermogen vastgesteld op 1.000 gulden. Ze woont dan aan de westzijde van de Brouwersstraat)
4. Martijntje Colijn (tr. omstreeks 1635-45 met Corstiaen de Craij)

In de registers van de kloosterkerk te Den Haag
Op 29-10-1652 Overdracht van nr 13 op Jan Arentse Colijn en zijn erfgenamen
Op 19-6-1672 begraven de huisvrouwe van Colijn
Op 18-9-1674 overgebracht op de naam van Arie Colijn voor de helft mistgaders Willem en de weduwe van Pieter Colijn ieder voor een vierde

Ik ben nu de huwelijksregisters aan het doorzoeken op een huwelijk van of Jacob de Mater of dat van de ouders van Isabella.

Heel erg bedankt voor alle hulp. Van Helmond naar Den Haag, een enorme stap verder

Peter
AntonS zei op 3 juli 2020 om 19:54
De partijen in de delingsakte:
- Willem Colijn mr. metselaer ter eenre;
- Adriaen Colijn borger alhier ter tweder;
- ende Maritie Cornelis Gravelaer [op de volgende bladzijde: Davelaer] weduwe en boederhouster van wijlen Peter Colijn zaliger in sijn leven mede mr. metselaer, moeder ende vooghdesse vande kinderen bijde voorn. haere man aen haer verweckt ter derder;
- Johannes Craaij lintwercker, Bastejaen van Duijren mr. tinnegieter als ten houwelick hebbende Jacobmijna Craaij, Jacob de Matere bode op Helmont ten houwelijck hebbende Isabella Craaij, kijnderen van Corstiaen Craij, geprocreert bij Martijntie Colijn zaliger ter vierder sijde;
alle erffgenamen van Jan Colijn zaliger in sijn leven borger alhier.
De zoon en 2 dochters van Corstiaen Craij en Martijntie Colijn vormen dus de vierde partij.
Het ligt voor de hand dat Willem, Adriaen, wijlen Pieter en wijlen Martijntie kinderen van wijlen Jan Colijn waren, maar het staat niet met zoveel woorden in de akte, dus behoeft nog nadere bewijsstukken.
jan toirkens zei op 3 juli 2020 om 19:25
Interessant, blijk ik dus ook tot dusver onbekende verre voorouders gehad te hebben via Martijntje Jacob de Mater. Nazaten van haar zijn me bekend, betreft o.a. de families Leemans, Beks, van Gennep, Konings, Vermeeren, tenslotte Toirkens. Met groet vanuit Chili.
Peter de Vries zei op 3 juli 2020 om 17:36
Hoi

Dit is vreemd want de notariele akte die hier boven genoemd staat, is van 1664, waarin Isabel de Craaij als vrouw van Jacob de Mater vermeld staat. Mogelijk gaat het hier over een andere Isabel.

Let op dat ik ook verschillende Martijntje Collijn ben tegen gekomen.

Wat ik probeer te begrijpen uit de akte uit 1664 is de zin

... kinderen van Corstijaen de Craeij
geprocereert bij Martijntje Colijn zaliger
erfgenamen van Jan Collijn zaliger in leven borger alhier

Kan dit er op slaan dat Martijntje Collijn de moeder van de kinderen van Corstiaen de Craey was?

Probleem is de interpretatie van het woord "geprocereerd bij"

De akte lijkt erfgenamen van Jan Colijn te vermelden, hoewel niet alles goed te lezen is, zijnde
Willem Collijn
Adriaen Collijn, borger
Maritie Cornelis [mogelijk vrouw van] wijle Peter Collijn
En
Johannes de Craey
Baltasar van ..., man van Jacomijna de Craey
Jacob de Mater, man van Isabella de Craey
Allen kinderen van Corstiaen de Craey geproceert bij Martijntje Collijn, zaliger.
Jeanne1 zei op 3 juli 2020 om 17:35
De kinderen van Isabel Craij en Petrus van Alen worden RK gedoop., maar het zou toch wel om dezelfde Isabel kunnen gaan.
Norah zei op 3 juli 2020 om 16:37
Isabel Craij, j.d., geboren in Den Haag! , wonende in Roosendaal,
trouwt op 23-01-1666 te Roosendaal, met Pieter Abrahams van Alen, j.m., wonende in Roosendaal. Twee kinderen daar gedoopt.
Eerder huwelijk van haar vóór Jacob de Mater(e)?
peter zei op 3 juli 2020 om 16:31
Hoi

Bedankt voor jullie reacties. Martijntje, vermeld in de eerste reactie, daar stam ik ook van af, en zij is de dochter van Jacob. Dat Jacob vaak dronken was weet ik ook :-), Ook ken ik de gegevens die over hem te vinden zijn in Helmond, aangaande zijn lidmaatschap van de hervormde kerk daar, zijn kosterschap, dat later ook verder door zijn familie werd waargenomen. Zijn zoon Gerrit zou later schepen zijn te Helmond.

De akte uit Den Haag is echter compleet nieuw voor mij!!!. In Helmond komt zij vaak alleen onder de naam Isabelle voor of Isabel de Mater. Maar een keer staat ze als Isabel de Craey, namelijk bij haar overlijden, zoals hier boven vermeld.

Verder vond ik ook een vermelding in het boek "Ontvoerd en Ontvluicht" over religieuse spanningen in Staats Brabant. Daarin staat: "Behalve Maria van Esch, de vrouw van oud-borgemeester Jan van Vijfeijcken en Magdalena Verspaget waren dat Anna de Haes, de vrouw van Joachim Kets, die net als Alberts notaris en procureur was, en Isabella Corstiaens, weduwe van Jacob de Mater, in leven koster van de gereformeerde kerk
In boek: Ontvoerd of gevlucht? Religieuze spanningen in Brabant en de zaak Sophia ..."

Dus inderdaad ik had al een vermoeden dat haar vader Corstiaen heette.

Ik ga eens verder spitten in Den Haag.

Enorm bedankt.

Peter
AntonS zei op 3 juli 2020 om 13:46
In de index op het notarieel archief van Den Haag is te vinden:
Jacob de mater, bode op Helmont, man van Isabella Craaij, 9-5-1664.
Inv.nr. 315, fol. 513v.
Laat die akte nu gescand zijn: https://proxy.archieven.nl/0/41272610B0F3409095E99F63F0B74311
de 6e pdf in de rij (Haags_Gemeentearchief_0372-01_315_6_van_7(19184487-vR).PDF).
Op pagina's 50-53 van die pdf staat een akte mbt de familie van zijn vrouw.
Hier wordt gesproken van: Jacob de Matere bode op Helmont, ten houwelijck hebbende Isabella Craaij, kinderen van Corstiaen Craij en geprocreert bij Martijntie Colijn zaliger ... alle erffgenamen van Jan Colijn zaliger in sijn leven borger alhier.

Er is dus in ieder geval een connectie met Den Haag.
Egbert zei op 3 juli 2020 om 13:01
Van zijn afkomst weet ik niets. Jacob de Mater deurwaarder van de Raad van Brabant blijkt geslagen te zijn door knechten van de de Graaf van Berlo te Someren. Uit die getuigenverklaringen blijkt dat hij graag een glas (of meerdere glazen) brandewijn lustte.
Op 30 oktober 1680 's morgens om 9 uur zat hij al in de herberg van Peter van Tricht in Someren aan de brandewijn. "Door den brandenwijn beschoncken wordene" werd hij steeds luidruchtiger. Hij vertrok van daar naar de president-schepen waar hij, hoewel het hem werd afgeraden, om nog een glas brandewijn vroeg en nog "meer beschoncken" raakte. In de verklaring van de president-schepen en advocaat Idelet staat over Jacob de Mater "beschoncken sijnde volgens sijn gewoonte". Hij schijnt in die toestand twee Waalse knechten van de Graaf van Berlo, die op hun afscheid voor hun vertrek naar Walonië wat kwamen drinken, voor leugenaars te hebben uitgemaakt. (Raad van Brabant 447.117)
jan toirkens zei op 3 juli 2020 om 12:31
De enige de Mater die ik in een kwartierstaat heb is Martijntje de Mater. Huwde 28/10/1690 met Gijsbertus Leemans, mester/glazenier.