Schepenen van Reusel oorkonden dat Heinric Lenaert Corstiaens soen beloofd heeft aan heer Rubbrecht Gouwe, prior van het godshuis van Postel, ten behoeve van de priesters in het godshuis een erfpacht van 8 lopen rogge uit een stuk land in Sade in Reusel op voorwaarde dat de priesters jaarlijks een vigilie en een requiemmis zullen zingen voor de ziel van Peter van den Poel voor 4 lopen van deze roggepacht en dat de keldermeester 2 lopen ervan zal hebben en dat de meester van het gasthuis 2 lopenen zal hebben om uit te delen aan de armen voor de ziel van Peter.
Schepenen van Reusel oorkonden dat Heinric Lenaert Corstiaens soen beloofd heeft aan heer Rubbrecht Gouwe, prior van het godshuis van Postel, ten behoeve van de priesters in het godshuis een erfpacht van 8 lopen rogge uit een stuk land in Sade in Reusel op voorwaarde dat de priesters jaarlijks een vigilie en een requiemmis zullen zingen voor de ziel van Peter van den Poel voor 4 lopen van deze roggepacht en dat de keldermeester 2 lopen ervan zal hebben en dat de meester van het gasthuis 2 lopenen zal hebben om uit te delen aan de armen voor de ziel van Peter.