skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

De kracht van relieken

Rien Wols
Rien Wols Bhic
vertelde op 2 november 2009
bijgewerkt op 18 november 2013
In de Middeleeuwen was het niet ongebruikelijk dat een klooster zijn heiligste bezit, namelijk de heilige zelf (of althans wat er na zijn dood van over was: de relieken), inzette om gestolen eigendommen of inkomsten terug te krijgen of om vrede te stichten.

Hieronder drie fragmenten uit de levensbeschrijving van de heilige Landericus, geschreven tussen 1014 en 1071, onder het motto: hoe de H. Landericus zijn eigendommen in Velp zeker wist te stellen. Landericus was een zoon van de eveneens heilige Vincentius Madelgarius, vandaar het ‘vaderlijk erfdeel’ in het eerste fragment. Ze gaan alle drie over een andere “relieken”-reis vanuit Zinnik (Henegouwen) naar Velp. Bij iedere gelegenheid gebeurde er wel iets wonderbaarlijks. De cijnzen uit het eerste fragment waren een belangrijke bron van inkomsten, die vaak in natura (in de vorm van graan) werden geïnd.

de heilige Vincentius als graaf van Henegouwen (Kapittelmuseum Soignies)"Ergens in Texandrië ligt een dorp, Velp genaamd. Het klooster van de heilige Vincentius heeft dit dorp vroeger bij een erfdeling als aalmoes gekregen. De broeders van het klooster Zinnik gaan daar jaarlijks op een vastgesteld tijdstip naar toe. Als de verschuldigde cijns is ontvangen, gaan zij weer naar huis om de opbrengst in gelijke porties te verdelen onder de broeders die achtergebleven zijn voor de dienst aan God.

Uiteindelijk gebeurde er in een bepaald jaar een ellendige misstap: de voogd [=toezichthouder] van dit bezit eigende zich de cijns op misdadige wijze en met geweld toe. Om dit recht te zetten namen de geestelijken het lichaam van bisschop Landericus mee naar Velp. De aanwezigheid van zijn relieken heeft degenen die zijn vaderlijk erfdeel hadden ontvreemd, hard getroffen.

Of het nu vooraanstaande mannen waren of paarden, een ieder in wiens maag de geroofde cijns terechtgekomen was, moest deze ofwel op een smadelijke manier door razernij uitbraken en zo teruggeven, ofwel erkennen dat zij deze onrechtmatig hadden genomen. En zo kwam het, dat de rechtmatige toestand die een drager van sterke wapens (namelijk de onrechtvaardige voogd) door diefstal had verstoord, weer hersteld werd door de komst van de sterker bewapende heilige Landericus. Want hij bezat een macht die niets meer of minder was dan de kracht van God."

(...)

de heilige Vincentius met zijn twee zonen; links de heilige Landericus als bisschop"Ik denk dat we ook het volgende niet mogen overslaan. Op zekere dag werd het lichaam van de milde Landericus naar Velp overgebracht in verband met de voogdij. Terwijl hij de kerk uit werd gedragen, kwam op de drempel iemand, Willebert genaamd, op de dragers toe. Eén van hen maande Willebert dat hij de last moest overnemen. Maar de draagbaar stuitte af op de schouders van deze man en bleef zonder de hulp van een drager in de lucht hangen. Verbijsterd door het wonder dat hem overkwam, stortte Willebert zich hals over kop ter aarde.

Hij stond pas op, nadat de broeders hymnen en lauden hadden gezongen. Ik ben ervan overtuigd dat dit is gebeurd, omdat deze Willebert zonder na te denken de baar over had willen nemen en niet eerst de verdienste van zijn geweten had gewogen in de weegschaal, of hij wel waardig was om het lichaam van zo'n heilige bisschop te dragen."

(...)

"Onze patroonheilige werd op een keer, zoals wel vaker gebeurde, naar Velp gebracht. De broeders droegen hem zelf, voor het geval dat hun enig gevaar zou overkomen. Het gebeurde toen dat de inwoners van die plaats op een bepaalde plek hard aan het werk waren. Zij deden grote moeite daar een steen van opmerkelijke grootte uit te graven om er een altaar voor God van te maken. Hun krachten waren echter niet toereikend voor het optillen van zo'n groot gewicht.

Toen de geestelijken aankwamen bij de plek, waar die mensen zich op allerlei manieren in het zweet hadden gewerkt, zetten ze het heilige lichaam op die steen, omdat ze moe waren van de reis en hun vermoeide ledematen rust wilden geven. Enige tijd gaven ze daar hun lichamen rust en samen met de werklieden smeekten zij de heilige Landericus in gebed, dat de werkers door zijn aanwezigheid beter zouden mogen opschieten.

De geestelijken stonden vervolgens op en gingen opgewekter verder op reis naar hun einddoel. De gravers stortten zich blijer op hun werk, in een veel groter vertrouwen dan tevoren dat zij resultaat zouden boeken. Vertrouwend op de hulp van Landericus om een hooggewaardeerd einde te maken aan hun werk, trokken zij de steen, die talrijke kreunende jonge mannen met stevige nek nauwelijks konden trekken, met minder mannen in een matige krachtsinspanning eruit.

Het is overbodig je af te vragen of op dat moment de lof onder hen niet meer dan gewoonlijk opbloeide voor de heilige bisschop, door wiens weldaad het langdurige gezwoeg nu tot een eind was gebracht."

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.