Notaris Dionisius Hacken, priester van Luik, pastoor van Eerschot verklaart dat Hubertus de Hulse, parochiaan van de kerk van Eerschot, zijn testament gemaakt heeft , waarin hij schenkt:
1. aan Sint-Lambertus te Luik geld voor onrechtmatig verkregen goed, eenmaal te geven;
2. aan Sint-Martinus een vat rogge, na de dood van zijn vrouw uit huis en hofstad te Nijnsel, eveneens hieruit een vat rogge aan de vicaris van genoemde kerk voor het jaargetijde van hem en zijn vrouw;
3. aan de Tafel van de Heilige Geest twee vat rogge uit voornoemd goed, na de dood van zijn vrouw jaarlijks te geven;
4. aan de bedienend priester bij zijn dood acht plakken en aan de koster vier plakken
5. aan Johannes en Syde, zonen van zijn zuster Aleydis, zijn lijfgoederen uitgezonderd wat hij vermaakt aan zijn vrouw;
6. bovendien aan zijn vrouw zolang zij leeft al zijn roerende en onroerende goederen, die hij tijdens zijn leven bezat.
Notaris Dionisius Hacken, priester van Luik, pastoor van Eerschot verklaart dat Hubertus de Hulse, parochiaan van de kerk van Eerschot, zijn testament gemaakt heeft , waarin hij schenkt:
1. aan Sint-Lambertus te Luik geld voor onrechtmatig verkregen goed, eenmaal te geven;
2. aan Sint-Martinus een vat rogge, na de dood van zijn vrouw uit huis en hofstad te Nijnsel, eveneens hieruit een vat rogge aan de vicaris van genoemde kerk voor het jaargetijde van hem en zijn vrouw;
3. aan de Tafel van de Heilige Geest twee vat rogge uit voornoemd goed, na de dood van zijn vrouw jaarlijks te geven;
4. aan de bedienend priester bij zijn dood acht plakken en aan de koster vier plakken
5. aan Johannes en Syde, zonen van zijn zuster Aleydis, zijn lijfgoederen uitgezonderd wat hij vermaakt aan zijn vrouw;
6. bovendien aan zijn vrouw zolang zij leeft al zijn roerende en onroerende goederen, die hij tijdens zijn leven bezat.
Het zegel is verloren