Gasvoorziening te Veghel
In de eerste helft van de 19de eeuw deed men de ontdekking dat men gas kon produceren. Aanvankelijk werd dit gedaan door steenkolen te verbranden. Deze energie stond bekend als steenkoolgas. Rond het midden van die eeuw werden overal plaatselijke gasfabriekjes opgericht met de bedoeling om openbare gebouwen, en daarna ook woningen en straten van gasverlichting te voorzien. Men beschreef deze nieuwigheid toen nog als 'gaz'.
In Nederland werd in 1848 de eerste gasfabriek opgericht in Leiden. In 1862 - volgens raadsbesluit 19-04-1862 - begon men in Veghel met de productie en levering van gas in de gloednieuwe gemeentelijke gasfabriek. Een en ander werd naderhand goedgekeurd bij Koninklijk Besluit. De dagelijkse leiding is onder toezicht van Burgemeester en wethouders opgedragen aan een directeur. Het geldelijk beheer van het bedrijf is opgedragen aan een administrateur.
Bij de gasfabriek werd in 1865 een stokerswoning gebouwd. Na enige tijd kwam de gasvoorziening op gang.
De voornaamste klanten waren de kerk, het gasthuis, een paar fabrieken en een aantal Veghelse gezinnen, meestal de gegoede bewoners van herenhuizen. Daar maakten kaarsenpitjes en petroleumlampen plaats voor de zachtzoemende gaskouslampen. De Veghelse fabriek was de 12de in Nederland en de 2e in Brabant (de eerste was Breda in 1858); burgemeester jonkheer Victor de Kuijper had daarvoor zeer geijverd. Ondanks het toenemend aantal afnemers sloeg het gasbedrijf niet aan bij de toenmalige industrie. Toch is het altijd een financieel gezond en zelfs enigszins winstgevend bedrijf geweest. De eerste toepassing van gas was dus voor verlichtingsdoeleinden.
Voor huishoudelijk gebruik gebruikte men op het platteland hout en turf als brandstof. In de 2e helft 19de eeuw kwam er ook de petroleum(olie) in gebruik voor de doeleinden brandstof en verlichting. Ook stoommachines werden toen reeds toegepast als krachtbron. Na de Eerste Wereldoorlog verschoof de toepassing van gas naar het overig huishoudelijk gebruik; gaskooktoestellen bleken aantrekkelijk vanwege de gelijkmatige, goed regelbare warmte. In de periode 1944-1945 was de productie door de tijdsomstandigheden gedwongen beperkt.
In 1950 was het aantal aansluiten bij de Veghelse gasfabriek 911, in 1962 ruim 2000.
Het verzorgingsgebied van de fabriek was immer beperkt tot de bebouwde kom, zodat de kerkdorpen van het fabrieksgas verstoken waren.
In oktober 1950 werd de eigen gasproductie vervangen door een distributiebedrijf: aansluiting en levering van cokesovengas door en uit de Staatsmijnen in Limburg. Deze vorm van energie stond bekend als mijngas. Daarvoor werden in die periode nieuwe gasleidingen aangelegd en aangesloten op het mijngasnet. (o.a. transportleiding Eindhoven-Veghel-Nijmegen)
Aanvankelijk verbrandde men kolen om gas op te wekken. Een aantal bijproducten die ontstonden werd nog weer doorverkocht, zoals ammoniak, cokes, grafiet, koolteer en ijzeraarde. Zo werd koolteer gebruikt door asfaltfabricage en ammoniak voor kunstmestbereiding.
Op 18-05-1951 nam de gemeenteraad het besluit om een nieuwe brandweerkazerne en bureau gemeentewerken te bouwen. De dienstgebouwen van de oude gasfabriek werden daarvoor gedeeltelijk hergebruikt.
Euforie alom, men zat op rozen. Bovendien is aardgas de schoonst bekende fossiele brandstof. Op 17 juli 1962 vierde men in Veghel het eeuwfeest van het gemeentelijk gasbedrijf in zaal Van Berkel.
Op 28-08-1962 stemde de Veghelse raad in met de oprichting van de nv Obragas, en kwam overeen dat het Veghelse gasbedrijf werd verkocht en overgedragen aan dit bedrijf dat de gasvoorziening in Oost-Brabant zou gaan regelen. De oprichting van de nv Obragas geschiedde op 13 april 1963 bij notariƫle akte voor notaris Lauwers te Eindhoven door de gemeenten Boekel, Dinther, Erp, Heeswijk, Nistelrode, Schijndel, Sint-Oedenrode en Zeeland. De naam Obragas werd bedacht door de toenmalige burgemeester van Erp, de heer mr. H. Capetti. Van het totale energieverbruik in Nederland werd in 1963 2% door aardgas, 41% door kolen en 57% door olie gedekt. In begin januari 1965 werd door Obragas nv in Nistelrode als eerste gemeente van Noord-Brabant een begin gemaakt met de distributie van aardgas.
In de periode 1965-1967 werd een gasnet in Mariaheide aangelegd. Daarmee werd het butagastijdperk afgesloten. In 1967 werden Uden en Veghel aangesloten op het landelijke aardgasnet. Men schakelde toen dus over van mijngas naar aardgas onder auspiciƫn van nv Obragas. Een en andere hield in dat de gastoestellen moesten worden gecontroleerd en zonodig vernieuwd cq omgebouwd hetgeen in veel gevallen kosteloos is gebeurd. In 1969 was de ombouw naar aardgas in het gehele Obragasgebied voltooid.
Geschiedenis van Noord-Brabant, 3 dln., hoofdstukken nuts- en communicatievoorzieningen, dr ing Ten Teije
Jaarverslag 1982 Obragas
Krantenknipsels Veghel, -1.824.11 Gasvoorziening
Oud archief Veghel, 1811-1936; inv.nos. 1041, 1129-1133
Oud archief Veghel, 1937-1969; dossiers 669 en 671
Veghel in oude ansichten, foto 89, met gasfabriek en gasvoorraadhouder
-artikel Het ontstaan der gasindustrie door El. anno 1937
Kaarten/plattegronden kaartenkast: zie beschrijvingen hierna
N.B. Zie ook in 7698 archief gemeentebestuur Veghel, 1811-1936:
-7B12, plan vergroting gasfabriek
-7B13, schets roetvanger ovenschoorsteen, 1908
-7B18, schets roetvanger ovenschoorsteen, 1908
-7B14, nieuw te bouwen toestand, 1908
-8A7,ontwerp oven, 1909
-7B9, ontwerp gasfabriek, 1932
-7B15, plattegrond, 1932
-7B16, plattegrond, 1932
-7B17, nieuwe plattegrond, 1932
-7B10, verbouwingsplan, 1934
-7B11, ontwerp nieuwbouw, 1934
-5B47, schets, 1937 (dhr W vd Nieuwenhuis)
-Bouwdossiers uit diverse bestanden/tijdperken
-Foto's; VEG1493 (fabriek aan Sluisstraat nabij molen, circa 1920 en BCV2853 (gemeentebestuur en personeel bgv 75-jarig bestaan, 1937)
BIJLAGE: Lijst van directeuren / opzichters
1862 - 1864: Antonius Robertus van Roij
1864 - 1883: J. Nicolaas Daalderop
1884 - 1920: Cornelis Wilhelmus van Haaren
1921 - 1926: Wilhelmus Johannes Josephus van Haaren
1927 - 1934: Adrianus Bernardus Maria Elling
1934 -1941: directeurloos tijdperk; adviseurs
1941 -1950: Johan Jacob Maria Teunissen
1951-1955: L.C. van Lotringen (administrateur)
1956 - 1964: A.Th. van Beek, directeur gemeentewerken en -bedrijven
per 01-01-1965 opheffing en aansluiting bij Obragas
Kenmerken
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.
Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.