1504 september 12
Schepenen van Gorinchem oorkonden, dat Johanna, weduwe Gerit Goossenszn, enerzijds en Adriaan Geritszn, priester, convent van Mariënkroon / Gerit Geritszn, priester convent predikheren in 's-Hertogenbosch / Goossen Geritszn / Cristoffel Geritszn / Zeger Geritszn anderzijds, verklaard hebben gedeeld te hebben:
alle percelen land en alle huisraad, die Gerit Goossenszn en Janna voornoemd bezaten, waarbij aan Adriaan voornoemd toekomt 1 weer land van de 8 morgen in de Lege Beempt / waarbij Adriaan, Gerit en Cristoffel voornoemd tesamen geven aan Goossen voornoemd 133 schild / waarbij Goossen, Cristoffel en Zeger voornoemd van de 1/2 huisraad, die hun toekomt, aan ieder van de 2 broers Adriaan en Gerit zullen geven een nieuw wit habijt, 2 rijnsgulden en lijfrente van 4 rijnsgulden, rustende op huis Coppe Hoets aan de haven
Origineel (inventarisnr 225)
Met schepenzegels Jan Rutgerszn en Cornelis de Borchgreve Janszn
1504 september 12
Schepenen van Gorinchem oorkonden, dat Johanna, weduwe Gerit Goossenszn, enerzijds en Adriaan Geritszn, priester, convent van Mariënkroon / Gerit Geritszn, priester convent predikheren in 's-Hertogenbosch / Goossen Geritszn / Cristoffel Geritszn / Zeger Geritszn anderzijds, verklaard hebben gedeeld te hebben:
alle percelen land en alle huisraad, die Gerit Goossenszn en Janna voornoemd bezaten, waarbij aan Adriaan voornoemd toekomt 1 weer land van de 8 morgen in de Lege Beempt / waarbij Adriaan, Gerit en Cristoffel voornoemd tesamen geven aan Goossen voornoemd 133 schild / waarbij Goossen, Cristoffel en Zeger voornoemd van de 1/2 huisraad, die hun toekomt, aan ieder van de 2 broers Adriaan en Gerit zullen geven een nieuw wit habijt, 2 rijnsgulden en lijfrente van 4 rijnsgulden, rustende op huis Coppe Hoets aan de haven
Origineel (inventarisnr 225)
Met schepenzegels Jan Rutgerszn en Cornelis de Borchgreve Janszn