Archieven

21 Rekest van Reinier van Heumen en Johannes Somers kerkmeesters van de roomse kerkschuur binnen de heerlijkheid Oirschot met een plan of tekening ter vergroting van de bestaande kerkschuur, welk rekest wordt doorgestuurd naar de kwartierschout van Kempenland ter informatie en advisering. – zie ook folio 346 reactie van stadhouder de Jongh, folio 619 met alle details over de vergroting van de kerkschuur

22 Rekest van Paulus Ruben van Hoven uit Heeswijk-Dinther zijnde geboren te Dordrecht en lidmaat van de ware christelijke gereformeerde godsdienst zoals blijkt uit het extract van het doopboek en de kerkelijke attestatie inhoudende dat de suppliant door Mr. Cornelis Speelman ridder baronnet en Heer der grondheerlijkheid van Heeswijk & Dinther en raad in de vroedschap en oud-burgemeester van de stad Leiden, was aangesteld tot secretaris, griffier van de leen- en laatbank en stokhouder na het overlijden van Jacobus van Oerle, zoals blijkt uit de commissiebrief en de suppliant verzoekt de Ho: Mo: om approbatie van die aanstelling; akkoord.

23 Missive van R.B.R. Graaf van Rechteren hoogschout van stad en Meierij van ’s-Hertogenbosch die de Ho: Mo: informeert over twee burgers van de stad ’s-Hertogenbosch met name Johannis Baptist Verreyt en Jan Brul die insolentien en brutaliteiten hebben gepleegd buiten de Vughterpoort op de steenweg bij fort Isabella, vervolgens door de militaire wacht waren aangehouden en naar de hoofdwacht zijn getransporteerd binnen de stad en voorts, met voorkennis van de schepenen, de volgende dag door het Hoog Officie overgenomen en provisioneel zijn overgebracht naar de gevangenpoort; ook een zekere Lodewijk Destra was schuldig aan hetzelfde misdrijf en aan groot-majoor Wilke werd nadere informatie gegeven; het Hoog Officie had zich vervolgens gewend tot de schepenen van de stad met een verzoek om een decreet van apprehensie en de provisionele gijzeling van de drie op basis van een appointement dd. 11 november 1777 en bovendien om een ordonnantie om de drie zo spoedig mogelijk te verhoren; op 20 november 1777 werd Jan Brul uit zijn gijzeling ontslagen en later ook Verreyt als ook Destra. – zie ook folio 614 waarin Lodewijk de Staa wordt genoemd – zie ook folio 853

24 Rekest van drossaard en regenten van Sint Michielsgestel en Gemonde in kwartier Oisterwijk inhoudende dat de supplianten via een octrooi van de Ho: Mo: van 11 maart 1718 tot vernieuwing en onderhoud der bruggen permissie hadden gekregen om aan de Hoge Brug op de passage naar Halder bruggeld te mogen heffen van karren ,wagens, rijtuigen en paarden met de tarieven van dien; een kopie wordt doorgestuurd naar de Raad van State. – zie ook folio 519