Archieven

85 Rekest van L. Wijchgel drossaard der heerlijkheden Deurne en Liessel in kwartier Peelland te kennen gevende dat haar Ed: Mo: bij publicatie van 12 januari van dit jaar betrekking hebbende op het gemaal in de meierij hebben gelieven goed te vinden de eigenaars der korenmolens, de molenaars en de vorsters der plaatsen te kwalificeren om te allen tijde wanneer zij iemand bevinden tegen het daar gestatueerde te zondigen [pecceren] de aanhalingen te doen en daarvan aan de officier kennis te geven, dat de bovengemelde heerlijkheden zeer uitgestrekte plaatsen zijn, die met elkander wel vier uren in de lengte bevatten en aangrenzen aan de dorpen van Bakel en Vlierden in hetzelfde kwartier en aan het dorp van Meijl op keizerlijk territorium gelegen; dat vele ingezetenen van deze heerlijkheden op de grenzen wonen van vnl. de kant van Meijl en alzo dichter bij de molens van die naburige plaatsen, dan van die, welke zich binnen de heerlijkheden bevindt, zijnde het te duchten dat dezelfde prejudicie van laatst genoemde molen hun koren in een vreemde jurisdictie zullen doen malen, dat zich binnen dezelfde heerlijkheden bedienden van het gerecht bevinden een vorster en twee schutters doch dat alleen de eerst gemelde bepaaldelijk tot het doen van voorschreven aanhalingen gekwalificeerd is bij voorschreven haar Ed: Mo: publicatie, dat hij suppliant beducht is dat bij aldoien door de laatst gemelde enige aanhalingen werden gedaan en daarover door hem suppliant geprocedeerd daar tegens somtijds exceptien [= uitzonderingen] en cavillatien [= kakelarijen of haarkloverijen] zouden worden gemaakt en het echter voor één persoon volstrekt ondoenlijk is om op de nakoming van die genoemde bevelen in zo’n geextendeerde [= uitgestrekte] jurisdictie naar behoren te vigileren [= bewaken]