392.94 Index schepenprotocol Boxtel (392.94)
840 Jan, Everaert, Antonis en Wouter, zoons wijlen Jaspar Dicks de Bresser, en Dirck Huijbert Mattijssen als man van Agneta, verder Elisabeth beiden dochters van wijlen genoemde Jasper, verder Jan Arien Schellen voor een helft, nog genoemde Evert afwezig zijnde waarvoor de anderen handelen, Matthijs zoon van genoemde Dirck de Bresser handelend voor diens vader die afwezig is, verder Sebert Lambert Vuchts als vader van Alitken verwekt bij wijlen Helena dochter wijlen Jan Delis Weijgergancks, nog Peeter Ariens als vader van zijn zoon Henrick verwekt bij diens vrouw Catharina dochter wijlen Jan Delissen daarin voor de andere helft, hebben een deling gemaakt van het bezit nagelaten door wijlen Henrick Antonis Schellen en diens vrouw Margriet dochter wijlen Jan Delis in de Hoeck (Weijgergancks?). Genoemde Jan, Everaert, Antonis en Wouter, zoons wijlen Jaspar Dicks de Bresser en Dirck Huijbert Mattijssen als man van Agneta, verder Elisabeth beiden dochters van wijlen genoemde Jasper, verder Jan Evert Schellen krijgen de helft van een perceel teulland genoemd in Veltjestraat, gelegen te Boxtel onder Gemonde, belendend de delers zelf, een mestweg daar, Arien Jan Schellen, Jan Everts Schellen. Nog krijgen ze een perceel teulland gemoemd voor Heult (?) gelegen in jurisdictie van Boxtel onder Gemonde, belendend Henrick Everts de Bever, de erfgenamen van Aert Wouters, de kinderen van Jan van Hees. Nog krijgen ze een perceel teulland genoemd 't Scheefken gelegen ter zelfder plaatse, belendend Antonis Jaspaers, de delers zelf, Aert Quinteijns, een weg daar. Genoemde Seberden en Peeter krijgen samen de andere helft van het perceel teulland genoemd in de Veltse straat gelegen als voor, belendend de andere delers, Henrick Everts, Jan Everts, Arien Jan Schellen. Nog krijgen ze een perceel teulland genoemd de Hoogart ter zelfder plaatse gelegen, belendend Mathijs Bartholomeus, de kinderen van Gerit Jan Schellen, de rivier de Dommel, Aert Wouters.
Vervolg:
Nog krijgen ze de helft van een akker teulland genoemd 't Schaefken, ter zefder plaatse gelegen, belendend de andere delers, Jan Arien Bressers, Aert Quiteijns, een mestweg daar. Genoemde delers doen over en weer afstand van aanspraken op elkaars erfdelen en beloven de deling gestand te doen. Als er op iemands deel meer lasten blijken te drukken zullen ze die samen betalen. Verder zal men elkaar ten naaste velde overpad verlenen. Datum 18 augustus 1637, getuigen Santegoets, H. van Hall, Ruijsch, Peter Henrick Janssen an Jan Henricks van de Zande.
Persoon in schepenakte:
Datering:
18-08-1637
Pagina:
322r
Soort akte:
Erfdeling
Plaats:
Boxtel
Toegangsnummer:
392
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd