Archieven

65 actum te Middelrode aan de brug daar,
heer Reijnuer van Wagtendonck, eerder president voor Berlicom in 1699. Verklaring. Ze hadden als schepenen in het jaar 1699 de persoon van notaris Isaacq Bovetius afgevaardigd om naar Den Haag te gaan voor een proces op de rol van de raad van Brabant, om daar de notulen door hem te doen bestuderen over het poroces van de heer Rogman. De schepenen hadden vooraf afgesproken dat de notaris wegens vakatie, reiskosten etc. niet meer dan 4 gulden per dag zou mogen declareren en voor niet langer dan 8 dagen, inclusief heen en terugreis. Pieter Leijten had eerst ook aangeboden het te zullen doen maar de ntaris had gezegd dat hij nog voor andere zaken in Den Haag moest zijn. Echter kort na aankomst had Bovetius opnieuw om geld gevraagd en de deponenten hadden hem toen 27 gulden en 10 stuivers opgestuurd. Verder had men Bovetius een paar keer geschreven om naar huis te komen want er zou aan hem niets meer worden betaald dan dat er was afgesproken. .
Pieter Leijten, eerder schepen van Berlicom in 1699
Adriaan van Tongeren, eerder schepen te Berlicom in 1699
Jan van den Bichelaer, eerder schepen te Berlicom in 1699
Adriaan Gerits van de Couveringh, eerder schepen te Berlicom in 1699
Jan Willems van Empel, inwoner en notarisgetuige te Berlicom 1710
Dirck Janssen van de Coeveringh, inwoner en notarisgetuige Berlicom 1710