Archieven

1 Protocolle van mijn heeren de schepenen der heerlijckheijt Berlecom beginnende den 21 meert 1651.
Schepenen
Jan Hendricx Vuchts, mr. Jan van Uijden, Steve Jooste, Aert Claesse van Swanenberghen, Tijs Ariens van Herretom, Giele Wouters, Joseph Jans.
Hubertus Schortes secretaris.

2 Jan Heijmans tot Rosmalen.
Jan soone Jacob Mateus inwoonder van Berlicum heeft een jaerlijxen chijns van 27 gulden verschijnende op sinte Pieters dach ad cathedram van ende uijt een huijs, hoff, boomgaert ende landen daer aen leggende, groot ontrent 5 lopensaets gelegen aenden doornhouck binnen Berlicum, belendingen: de gemeijne straet; d’erffgenamen wijlen Pieter Jan Pieters; Pieter Gerrits; ende al noch een streep hoplants groot ontrent 3 leupens gelegen aen Brackven, belendingen: Theunes Theunis Mulders; Zeger Goijerts ende Goijert Jan Goossens; kinderen Aelbert Goijerts; de gemene block; hem op 15-2-1645 voor schepenen van Berlicum vanden voors Seger Goijerts opgedragen; opgedragen aen Jan Janssen Heijmans inwoonder binnen Rosmaelen. Belast met een pacht van 9 vaten rogghen jaerlijcx uijtten voors eerste onderpande aende geinteresseerden. Te lossen met de somme van 675 caroli gulden, opzegtermijn van een half jaar.
Aldus gedaen in presentie van Giele Wouters ende Aert Claesse van Swanenberghen schepenen in Berlicum den 21-3-1651.

3 Jan Jacob Mateus.
Jan soone wijlen Jan Heijmans inwoonder binnen Rosmalen heeft zeecker stuck teulants groot ontrent 6 loopens lants in Berlicum ter plaetse genoemt het beeckvelt, belendingen: acker toebehorende de abdije van Berne ende Jan Mateus van Croij; Jan Pieter Zeberts; stege ofte strate aldaer; die hem bij scheijdinge ende deijlinghe na de doot van sijne oudrs aengestorven is; vercocht aen Jan Jacob Mateussen inwoonder alhier. Belast met een mudde rogge jaerlijcx aende geinteresseerden; noch een pacht ofte chijns van 1 gulden 1 stuijver 2 ort aenden convente der clarissen tot sHertogenbossche; noch eene gulden 1 stuijver 2 ort te betalen aende geinteresseerden.
Actum 21-3-1651 ter presentie van Giele Wouters ende Aert Claesse van Swanenberge schepenen.

4 Bartolomeus Nicolaess.
Jacob Adriaensse als man van Lijsbet dochter Jacob Hendricx Weijgergancx heeft een bouhuijs, eesthuijs, hoff, boomgaert ende landerijen met noch een weijveldeken daer aen leggende same groot 4 lopense lants tot Middelrode aende lijnde ende eeghde, belendingen: Maerte Lamberts; Hendrick Jacobse Weijgergancx; de gemeene straet; gelijck hem bij het affsterven van sijne huijsvrouwe ouders is ten deele gevallen (schependeelbrief d.d. 6-2-1651); vercocht aen Bartolomeus Nicolaessen sijn swagher. Belast met een chijns van 11 stuijvers 5 duijts jaerlijcx aende clarissen binnen sHertogenbosch; noch eenen stuijver in den ossenchijns aenden abt van Beerne; ende een oortgen chijns ofte daerontrent int bouck van Heeswijck.
Aldus gedaen in presentie van Giele Wouters ende Thijs Ariens van Heretom schepenen in Berlicum den 12-4-1651.
Bartolomeus Claesse bekent noch schuldich te zijn aen Jacob Aerts de somme van 215 guldens per rest van dese opdrachte ende coop op de andere sijde vermelt. Actum als vooren tern presentie van de voorgen.
[laatste akte doorgehaald, in marge:] Jacob Arn Jacobs bekent van den inhout deses namentlijck 215 gulden ten dancke betaelt te sijn den 14-3-1657 coram omnibus scabinis. Hub. Schortes.