Mijn Studiezaal (inloggen)5120.59 Index schepenprotocol Berlicum (5120.59)
4 Maerte Tijs wonende tot Middelrode.
Peter Jans soone Jan Peters tegenwoordich woonende binnen de stadt sHertogenbosse heeft een huijs, esthuijs ende varckenskoij met de erffenis dien aenliggende groot 4 lopense ses roeijen in Berlicum ter plaetse genoempt Middelrode, belendingen: Maerte Tijssen met meer anderen; Jenneken Aert Hanegraeffs; Merijken Henrix Vuchts; den meuledijck; vercocht aen Maerte Tijssen woonende tot Middelrode.
Coram scabinis in Berlicum Claes Aerts ende Pouwels Jochems den 23-10-1660.
Pr. soone Jan Peters.
Maerte Tijssen wonende binnen Berlicum belooft op hijpotequael verbant van het huijs ende ackerlant in dese bovengescreven opdrachte vermelt te betalen aen Peter Jans soone Jan Peters op 23-10-1661 de somme van 25 guldens ende op 23-10-1662 gelijcke 25 guldens ende noch ten selven tijde de somme van 500 caroli guldens, als procederende de voors penninghen van incoop van tvoors huijs ende ackerlant.
Actum ut in anteriori.
[akte doorgehaald, in marge:] Corstiaen Jan Peters broeder van Peter Jan Peters bekent de 500 guldens in dese vermelt wt handen van Marte Tijs ontfangen te hebben ende vermits den voorn. Corstiaen daer toe geen behoirlijcke procuratie en heeft doen blijcken, soo geloven Judit Aerts ende Gijsbert Aerts haren broeder de voors Maerte Tijssen te indemneren. Desen 2-11-1662 ter presentie van Delis Pr. Colen ende Adam Gerrits schepenen. Quod attestor Hub. Schortes.
Peter Jans soone Jan Peters tegenwoordich woonende binnen de stadt sHertogenbosse heeft een huijs, esthuijs ende varckenskoij met de erffenis dien aenliggende groot 4 lopense ses roeijen in Berlicum ter plaetse genoempt Middelrode, belendingen: Maerte Tijssen met meer anderen; Jenneken Aert Hanegraeffs; Merijken Henrix Vuchts; den meuledijck; vercocht aen Maerte Tijssen woonende tot Middelrode.
Coram scabinis in Berlicum Claes Aerts ende Pouwels Jochems den 23-10-1660.
Pr. soone Jan Peters.
Maerte Tijssen wonende binnen Berlicum belooft op hijpotequael verbant van het huijs ende ackerlant in dese bovengescreven opdrachte vermelt te betalen aen Peter Jans soone Jan Peters op 23-10-1661 de somme van 25 guldens ende op 23-10-1662 gelijcke 25 guldens ende noch ten selven tijde de somme van 500 caroli guldens, als procederende de voors penninghen van incoop van tvoors huijs ende ackerlant.
Actum ut in anteriori.
[akte doorgehaald, in marge:] Corstiaen Jan Peters broeder van Peter Jan Peters bekent de 500 guldens in dese vermelt wt handen van Marte Tijs ontfangen te hebben ende vermits den voorn. Corstiaen daer toe geen behoirlijcke procuratie en heeft doen blijcken, soo geloven Judit Aerts ende Gijsbert Aerts haren broeder de voors Maerte Tijssen te indemneren. Desen 2-11-1662 ter presentie van Delis Pr. Colen ende Adam Gerrits schepenen. Quod attestor Hub. Schortes.
Persoon in schepenakte:
Datering:
23-10-1660; 2-11-1662
Pagina:
5v-6r
Plaats:
Berlicum
Toegangsnummer:
5120
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd