Archieven

32 Taxatie van de goederen te Escharen, nagelaten door Alida Adriana Rummerink, geboren Pielat, overleden 2-5-1794 te Dordrecht en bij testament gedevolveerd op Meester Gerard van Minningen en Matthea Huijberta van Minningen en Meester Hendrikus Mattheus de Lille, ieder voor 1/3 deel en in tocht aan haar man de Weleerwaarde Heer Martinus Rummerink, predikant te Dordrecht voor het betalen van de 20e penning: 1/6 part in een huis, achterhuis, bakoven, schopje, boomgaard, moeshof, houtgewas, in het geheel 3 hond groot, gedeeltelijk Land van Ravenstein, enerzijds en een eind W. Bastiaans, anderzijds eigen erf, het andere eind de Boldsestraat; 1/6 part in een stuk hei- en weiland, met struwelen, groot in het geheel 1 ¼ mergen, enerzijds en een eind de Boldsestraat, anderzijds W. Bastiaans, het andere eind de gemeente; 1/6 part in een huis genaamd de Middelbolt, achterhuis, schuur en moeshof voor de helft op Land van Ravenstein, enerzijds de Boldsestraat, anderzijds en met een eind het eigen erf, het andere eind de dijk; 1/6 part in een stuk weiland, groot in het geheel 3 hond bij de Oosterbold, enerzijds de Boldsestraat, anderzijds en met een eind eigen erf, het andere eind W. Bastiaans; 1/6 part in een stuk houtgewas in het geheel groot 1 mergen, enerzijds Mevr. Ruijl, voorts de gemene straat; 1/6 part in een hooi- of weikamp, genaamd de Horst, enerzijds de Raam, voorts de gemeente; Komt hierbij de lijftocht van de Heer Martinus Rummerink met in achtneming van zijn leeftijd. Totale taxatie F 678-10-6. Getaxeerd door Laurens van de Wiel, gesubst. schout, Bastiaan van de Wiegelaar en Hendrik Poos, schepenen. Kantlijn: eed gedaan door de Heer P. van der Lee, gevolmachtigde van Martinus Rummerink.