Archieven

82 Martinus Coenen, akkerman te Oeffelt verklaart f 500,-- schuldig te zijn aan Christianus Franciscus Hermans, koopman te Cuijk en stelt als waarborg 2 percelen bouwland, met daarop een pas gesticht gebouw sectie B 647.

83 Lambertus Deenen, logementhouder te Boxmeer verklaart f 7.000,-- schuldig te zijn aan Anna Agnes Fagot weduwe van Franciscus van der Ven, zonder beroep te Boxmeer en stelt als waarborg 7 percelen hooi- en bouwland te Vierlingsbeek.

84 Lambertus Deenen, logementhouder te Boxmeer verklaart f 4.000,-- schuldig te zijn aan Antonia Horleman en Antonetta Horleman, beiden zonder beroep te Boxmeer en stelt als waarborg bouw- en hooiland onder Sambeek en onder Vierlingsbeek.

85 Hendrikus van den Bosch, landbouwer te Sambeek; Johanna Christina van den Bosch, zonder beroep te Sambeek; Johannes van den Bosch, burgemeester te Sambeek voor zich en als gevolmachtigde van Antonius Bernardus van den Bosch, pastoor te Steenderen; Jacobus Diels, molenaar te Boxmeer weduwnaar van Anna Catharina van den Bosch; Martinus Diels, zonder beroep te Boxmeer; Cornelis van Tilburg, hoofd der openbare lagere school te Sambeek gehuwd met Maria Diels; Petrus Diels, zonder beroep te Boxmeer gaan over tot scheiding en deling der nalatenschap van wijlen Christiaan van den Bosch en Christina Stevens, hen aangekomen via akte dd. 20-8-1858 voor deze notaris; alsmede diverse percelen land onder Sambeek en Vierlingsbeek met vermelding van koopakten. Huis met schuur, brouwerij, erf, tuin en boomgaard genaamd “De Leeuw” sectie C 164, 165 en 166 wordt toegewezen aan Hendrikus van den Bosch voornoemd.