Archieven

9 Dirck Willemss van Geffen een geseit huijs met der hostede de helft vande geseet aen de overste sij afgemeten dair Jan Hanricss de vader van Lijsse sijnde huijsvrouwe te woenen pleech, belendingen: Rutger Janss de Smit; een ghemein weechsken; den maesdijck; Gerit Hals; item de helft van enen hoefken dair slos bij ten eng wairt in, belendingen: Baetke Ghijb Gerits; de persoenscap van Lit; enen repassche wech; Goessen Jacops; item de helft van enen water gengsken dat tusschen Ott van Hoemens geseet ende het meeister Dircks pleech te gaene ende tot de voors geseet pleech te hoeren alsoelijcke toeseggen aengedeelt en recht als hem dair af coempt ende toebehoirt; dat heeft hij opgedragen Gerit soen wijleneer Everits Dirckss de Coman genoempt. Hieruit 10 pond paijments van nu voirts aen te betalen den voirgenoemde Dirck. Datum ut supra Rut Peter Janss. ERONDER: Gerit Everitss belooft Dirck Willemss van Geffen de twedeel van 80 gulden nu te bamis naestcomende te betaelen. Datum cum testibus ut supra.

10 Griet de huijsvrouwe Jan Aert Ceeilen de dochter Aerts Vreecks met Jannen hueren man heeft huer doot gemaect in alle de gueden welck sij van wege Delis Goirts Damen huers voir mans besittende was ende heeft die overgegeven Hanricken soen wileneer Delis voors ende van huer wittelick verweckt sijnde al tot enen gulden iair pachs van hem dair wt te moegen vesten ende niet veerder. Jan Aertz, Peter Janss.

11 Hanrick Deliss belooft Willem van Geffen enen karolus gulden jairlix pachs op Pinxtdach, van ende wt enen geseet huijs met den hoven gelegen aen den gemeijnen moelenwech, belendingen: Willem Peters Scoemaker; meeisters Ghijsberts; den ghemeijnt van Lijt. Datum cum tutoribus ut supra. ERONDER: Willem voirs heeft gekent dat de voorg. Harncik de voors gulden altijt lossen mach met 16 gulden ende mit den pacht ende aftersteeijen resten.

12 Hanrick Willemss alle sijn rede ende haeffelijcke gueden de welck hij nu heeft ende dair hij macht over heeft met der scare ende vruchte die opt lant staen de welck hij in sijnen behaelt ende van ander luden in hueren heeft, draagt hij op aan Anne sijnre wittiger dochter vanden nabedde die hij bij Metken Jan Struven dochter wittelick verwect hadde, beheltelijcken dies dat sij dair voir sculdich sal sijn al sijn wittige sculdt te betalen. Datum cum tutoribus ut supra.