Archieven

17 Voor Peter Henricxss en Eijmbert Henricxss de Cock, schepenen in Lith, is verschenen Jan Janss van Sherenberge. Deze draagt op aan Hanrick Goossens pastoir in Lith en Anthonis Reijnders 3 hont land in een campken van 13 hont lants genoempt Lijs Vervorst campken, belendingen: de voors heer pastoir; Antonis Reijnders; den graeff; Henrick Vos; den broeck. Verkoper had dit gekocht van Peter zoon Cornelis Henrixss Vervorst met zijn mombers (schepenbrief Lith d.d. 29-8-1622).

18 Voor Peter Henricxss en Aert Henricxss, schepenen in Lith, is verschenen Aert Janss Crol scholtets van Lith inder tijt. Deze heeft affgedeijlt ende gemeten de helft van eenen ganck die welcke was geleghen tusschen sijn camer muer ende den erffenisse der erffgenaemen Jenneken Bernts die welcke beijde parthijen was toecomende (schepenbrief Lith d.d. 20-12-1528) ende heeft de selve helft vande voors ganck oft wech paelen gesteecken ende betimmert op sijn vuijterste.

19 Voor Eijmbert Henricxss de Cock en Aert Henricxss, schepenen in Lith, is verschenen Jan zoon Willem Henrixss Bocken. Deze verkoopt Jan Janss van sHerenberghe 3 hont land wesende de helfte van eenen merghen lants mit Aert Peters van Reeck te deijlen, gelegen op eenen vuijterwerdt genoempt den stert, onder die parochie oft jurisdictie van Alphen onder Maes ende Wael. Verkoper was dat aangekomen bij versterf van zijn ouders. Koper moet hieruit onderhouden schauwinghe ende commer opten gemeijnen werdt dair met recht toebehoirende.

20 Voor Dierick Otten, Arien Ghijsberts en Jan Rembouts van Grinsven, schepenen in Lith, zijn verschenen Aert Peters van Reeck, Henrick Janss Vos, Henrick Henrick Deliss als man van zijn huisvrouw Lijsken dochter van Aert Dierixss, Margriet weduwe Gerit Janss de Vries, een dochter van Jan Lamberts en diens huisvrouw IJken, die een dochter van wijlen Henrick Cling was, Aert Hermens, Ghijsbert Hermens en Robbert Jacops als man van zijn huisvrouw Anna, allen wettige kinderen van wijlen Herman Henricxss Clingh zoon van wijlen Henrick Clingh, Aert Jan Aertss namens zijn kinderen te weten: Goert, Reijnder, Jan en Jenneken, alle wettige kinderen verwekt bij zijn huisvrouw Emken, een dochter van Hermen Clingh voors, hermen zoon Henrick Hermens Clingh, Jan zoon van Aert Ghijsberts en van Heijlken dochter Hermens Clingh, Gerit en Wouter Wouterss gebroeders, kinderen van wijlen Wouter Henrick Wouterss en diens huisvrouw Alit, Willem zoon van Wouter Henrick Wouterss en diens huisvoruw Marijken, Wouter zoon Henricx Clingh, Willem Janss van Dullicken als man van zijn huisvrouw Lijsken, Jan Janss de Veer en Lambert Willems als mombers over de onmondige kinderen van wijlen Henrick zoon Henrickx Clingh, te weten: Marijken, Anneken, Jenneken, IJken ende Henricxken, Gerit Deliss als man van zijn huisvoruw Erken dochter Aert Henrixss Clingh, welke Henrick Clingh is de broeder van Hermen Clingh; samen wettige erfgenamen van wijlen Margriet Willemss vander Steen bijden selven Margrieten ende Lambert Willemss haeren soon tsaemen achtergelaeten. Zij verkopen goederen bij testament van voors Lambert Willems en Marijken zijn laatste huisvrouw gelegateerd (d.d. 12-5-1598; certificatie voor schepenen van Lith d.d. 2-5-1624) aan Aert Janss Crol schouteth inder tijt tot Lith ¼ van 2½ hont land in Lith inde Enge, belendingen: Anna weduwe Mathijs Henrixss; Jan Janss de Veer e.a.; eenen graeff; Gerit Dierixss van Rossom; de graeff van het Enghwijck.