Archieven

3 Voor Jan Rembouts en Aert Henricxss, schepenen in Lith, zijn verschenen Goossen Willem Goossens als man van zijn huisvrouw Lijsken, Rutger Deliss als man van zijn huisvrouw Gertruidt; alle wittighe kinderen van wijlen Delis Rutten de Smith; ende Peter soone Ruth Peterss Ketel, mede als volmachticht van Huijbertken sijne sustere oijck een dochter vande voors Ruth Peterss Ketel; alle wittighe erffgenaemen van wijlen Ruth de Smith ende Agnees weduwe van wijlen Henrick Henricxss Boonschooff. Zij verkopen aan Jacop Rembouts als man van zijn huisvrouw Alitken, een dochter van Peter Lenerts die hij verweckt heeft bij Neesken sijne huisvrouwe een dochtere van Delis Rutten de Smith, hun aandeel in 5 hont land binnen de heerlijkheid van Kessel in jouffrouwe Heijlen hoeve, belendingen: Jan Thoniss; die kercke van Kessel; den middelgraeff; die vorste stege. Verkopers hadden dit bij versterf van wijlen Agnees Rutten voors verkregen. Koper moet hieruit onderhouden 6 voeten maesdijcx tot Kessel bovennaest gedijckt Gerit Henricxss benedennaest Henrick Henricxss Hoeck, soo die clopcedulle dat is mede brengen; een gulden 10 stuivers jaarlijks aan de erfgenamen mr. Hermen Rombouts doctoir tot Tshertogenbossche inde Kerckstraet.