Archieven

121 Voor Reijnder Anthoniss en Jan Willemss Bocken, schepenen in Lith, is verschenen Gijsbert Goijart Daniels onze mede-schepen. Deze draagt op aan Willem Gerits tot Littoijen en Rijck Hanricxss den ouden, momboirs over de twee onmondige kinderen van za: Arien Gerits alias Plas verweckt bij Marijken dochter Jan Gijben zijne echte huijsvrouwe een erfrente van 6 carolus gulden jaarlijks inde hoochtijde van Corsmisse uit een hoffstadt, erve, hoff, boomgart etc. in Lith aende Corte Achterstraet, belendingen: Gerart Willems; Aertken weduwe Lambert Willems tochtersse; de corte Achterstraet; de lange Achterstraet. Verkoper mag dit altijd lossen met de som van 100 carolus gulden, opzegtermijn van een kwart jaar. Akte doorgehaald. MARGE: desen brief is gelost ende gequeten in presentie of ten overstaen van Jan Jansen van Nouhuijs ende Lambert Gerits van Kessel, schepenen desen 3 julij 1660.

122 Voor Gerart Claess en Jan Willemss Bocken, schepenen in Lith, is verschenen Rijck sone Jan Jan Hanricxss den jongen. Deze draagt op aan Jenneken dochter Reijnder Loijen een erfrente jaarlijks inden hoochtijde van Corsmisse uit 1½ morgen land in Lith beneffens de Raebosschen genoempt Celencamp, belendingen: Jan Zeberts den ouden tochtenaer; Rutger Deliss; den breden wech; Watersmerghen. Verkoper mag dit altijd lossen met de som van 50 carolus gulden, opzegtermijn een kwart jaar. Akte doorgehaald. MARGE: Rijck Jansen heeft dese rente gelost ende gequeten aen Remmer Aertse gelijck tselve voor schepenen gebleken is opden 30 december 1665.

123 Voor Gerart Claess, Reijnder Anthoniss, Jan Willemss Bocken, Gijsbert Goijart Daniels, Peter Henss en Jan Walravens, schepenen in Lith, is verschenen Bastiaen Anthoniss borger der stadt Bommel als man van Neelken dochtere Henrick Henricxss Vervorst. Deze gelooft te maecken ende onderhouden nu ende ten euwighen daeghen alsulcke helft van 5 voet maesdijcx onder de schouwe van Lith geleghen beneden den toldijck, als Gerit Hanricxs coperslager inwoonder deser heerlijcheijt boven de schouwe aff onder protestatie heeft onderstaen die in wanwerck was blijven liggen ende tot een gaeve was geloopen, beloovende denselven dijck alsoo te maecken ende onderhouden dat den voorn. Gerart Hanricxss oft zijne naecomelinghen daer doir nu oft in toecomende tijden hijnder, schade oft commer en sall overcomen onder verbant des voorn. Bastiaen sijnen persoon ende goederen waer ende tot wat plaetse die gelegen sijn oft bevonden sullen moeghen wrodden egeen goederen tot wat plaetsen gelegen vuijtgesondert hebbende ende vercrijgende.