7341.30 Index schepenprotocol Geffen (7341.30)
4 Voor Gerardt Croon drossart, Gijsbert Jacobs van Grinsven president ende Everdt van Ravesteijn, schepenen in Geffen, zijn verschenen Eijmbert Jacobs van Creijl als man van Anneken dochter Antonis Claessen van Creijl out schepen ende inwoonder van Nulant, voor deene helfte ter eenre, ende Mattijs, Maria, Claesken ende Mettien meerderjaerige kinderen van Jan Janssen van Creijl die voors dochteren geassiteert met haeren broeder mattijs voornt haeren momboir inne desen, mitsgaders Jan Cornelissen vander Aelstfoirt ende Ambrosius Gulliams van Kessel in plaetse van Eijmbert Jacobs van Creijl voornt. als momboiren van Jan soone Jan Janssen van Creijl voornt., voor de andere helft, ter andere zijde. Dezen maken een erffscheijdinge ende deijlinge van allen de gronden van erven bij doode van Henderick Antonissen van Creijl ende Meeriken sijnne huijsvrouwe ende bij schependeijlinge (Geffen d.d. 7-8-1684) tegens de kinderen Jan Roeloffs van der Poll aengecoomen.
(1) Eijmbert Jacobs van Creijl is te deel gevallen: de gerechte helfte van 9 loopensaet 22 roeijen teuijlants tot Nulant ter plaetse genoempt op de ackers, belendingen: Jan Rutten van Berlecom; Baetien weduwe Adriaen Geurts; het moelen heijken; Peter Hendericx aent hoogh; welcke helfte is geleegen aen de oost zeijde, sijnde op het eene eijnde suijtwarts breet 9 roeijen 14 voeten ende op het noordt eijnde 9 roeijen 8 voeten. Belast met de helft van 6 vatt roggen jaerlijcx aenden heijligen geest tot sHertogenbosch. Item de gerechte vierde part in eenen camp van 4 mergen ongescheijden met N. van Kessel tot sHertogenbosche geleegen in de hoeven onder Empel, belendingen: Peter Faessen met meer anderen oost; den heijligen geest ten Bosch west; N. van Lier zuid; het convent van Coudewater noord. Item de gerechte helft van 2 mergen hoijlants in Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
(1) Eijmbert Jacobs van Creijl is te deel gevallen: de gerechte helfte van 9 loopensaet 22 roeijen teuijlants tot Nulant ter plaetse genoempt op de ackers, belendingen: Jan Rutten van Berlecom; Baetien weduwe Adriaen Geurts; het moelen heijken; Peter Hendericx aent hoogh; welcke helfte is geleegen aen de oost zeijde, sijnde op het eene eijnde suijtwarts breet 9 roeijen 14 voeten ende op het noordt eijnde 9 roeijen 8 voeten. Belast met de helft van 6 vatt roggen jaerlijcx aenden heijligen geest tot sHertogenbosch. Item de gerechte vierde part in eenen camp van 4 mergen ongescheijden met N. van Kessel tot sHertogenbosche geleegen in de hoeven onder Empel, belendingen: Peter Faessen met meer anderen oost; den heijligen geest ten Bosch west; N. van Lier zuid; het convent van Coudewater noord. Item de gerechte helft van 2 mergen hoijlants in Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
Vervolg:
Item de helft van 10 hont hoijlants tot Teefelen int graeffschap Meegen in eenen meerderen camp van 5 mergen, belendingen: de weeteringe; erfgenamen Jan Ratten; Ceel Thomassen; de voors weeteringe. Uit dit lot te betalen de gerechte helfte van 200 gulden capitael off het vierde part in 400 gulden capitael aen juffrou van der Cammen tot sHertogenbosche.
(2) Mattijs Janss van Crejil voornt is te deel gevallen; de gerechte helft van 9 loepensaet 22 roeijen teuijlants tot Nulant ter plaetse genoempt op de ackers, belendingen: Jan Rutten van Berlecom; Baetien weduwe Adriaen Geurts; het moelen heijken; Peter Hendericx aent hoogh; geleegen aen den westen cant sijnde suijwarts breet 9 roeij en eenen voet ende noortwarts 9 roeijen; belast met de helft van 6 vatt roggen jaerlijcx te betaelen aen den heijlighen geest tot sHertogenbosch; alnoch 9 stuijvers 14 penn. gebuijrcheijns jaerlijcx aen de gemeijnte van Nulant. Uit dit lot te betaelen eene somme van 60 gulden in eene rente van 400 gulden capitael aen juffrou van der Cammen tot sHertogenbosch.
(3) Maria Janssen van Creijl is te deel gevallen: eenen mergen hoijlants in eenen meerderen camp van 4 mergen met N. van Kessel tot sHertogenbosch ende Eijmbert van Creijl voors gelegen inde hoeven tot Empel, belendingen: Peter Faessen met meer anderen oost; den heijligen geest ten Bosch west; N. van Lier zuid; het convent vant Cauwaeter noord. Item een beddinge sijnde het beste dat vuijt den voors sterffhuijse gecoomen is. Uit dit lot te betaelen ter somme van 10 gulden eens in een rente van 400 gudlen capitael aen joffrouw van der Cammen tot sHertogenbosch.
(4) Claesken Janssen van Creijl is te deel gevallen: 5 hont hoijlants off de gerechte helft in 10 hont ongescheijden met Eijmbert van Creijl voors geleegen tot Teeffelen in het graeffschap van Meegen in eenen meerderen camp van 5 mergen, belendingen: de weeteringe; erfgenamen Jan Ratten; Ceel Thomassen; de voors weeteringe.
(2) Mattijs Janss van Crejil voornt is te deel gevallen; de gerechte helft van 9 loepensaet 22 roeijen teuijlants tot Nulant ter plaetse genoempt op de ackers, belendingen: Jan Rutten van Berlecom; Baetien weduwe Adriaen Geurts; het moelen heijken; Peter Hendericx aent hoogh; geleegen aen den westen cant sijnde suijwarts breet 9 roeij en eenen voet ende noortwarts 9 roeijen; belast met de helft van 6 vatt roggen jaerlijcx te betaelen aen den heijlighen geest tot sHertogenbosch; alnoch 9 stuijvers 14 penn. gebuijrcheijns jaerlijcx aen de gemeijnte van Nulant. Uit dit lot te betaelen eene somme van 60 gulden in eene rente van 400 gulden capitael aen juffrou van der Cammen tot sHertogenbosch.
(3) Maria Janssen van Creijl is te deel gevallen: eenen mergen hoijlants in eenen meerderen camp van 4 mergen met N. van Kessel tot sHertogenbosch ende Eijmbert van Creijl voors gelegen inde hoeven tot Empel, belendingen: Peter Faessen met meer anderen oost; den heijligen geest ten Bosch west; N. van Lier zuid; het convent vant Cauwaeter noord. Item een beddinge sijnde het beste dat vuijt den voors sterffhuijse gecoomen is. Uit dit lot te betaelen ter somme van 10 gulden eens in een rente van 400 gudlen capitael aen joffrouw van der Cammen tot sHertogenbosch.
(4) Claesken Janssen van Creijl is te deel gevallen: 5 hont hoijlants off de gerechte helft in 10 hont ongescheijden met Eijmbert van Creijl voors geleegen tot Teeffelen in het graeffschap van Meegen in eenen meerderen camp van 5 mergen, belendingen: de weeteringe; erfgenamen Jan Ratten; Ceel Thomassen; de voors weeteringe.
Vervolg 2:
Uit dit lot te betaelen ter somme van 30 gulden eens in eene rente van 400 gulden capitael aen juffrou van der Cammen tot sHertogenbosch.
(5) Metien Janssen van Creijl is te deel gevallen: het gerechte vierde part in een campken hoijlants groot int geheel 2 mergen gelegen tot Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
(6) Jan Janssen van Creijl is te deel gevallen: het gerechte vierde part in een campken hoijlants groot int geheel 2 mergen gelegen tot Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
[in marge:] uijtgemaeckt den 19-6-1686
(5) Metien Janssen van Creijl is te deel gevallen: het gerechte vierde part in een campken hoijlants groot int geheel 2 mergen gelegen tot Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
(6) Jan Janssen van Creijl is te deel gevallen: het gerechte vierde part in een campken hoijlants groot int geheel 2 mergen gelegen tot Nulant, belendingen: den zeedijck; Jan Joosten de Cort; meister Geerlingh Arents de Boeij; den hoeffdijck.
[in marge:] uijtgemaeckt den 19-6-1686
Persoon in schepenakte:
Datering:
29-3-1685
Pagina:
5-12
Plaats:
Geffen
Toegangsnummer:
7341
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd