Archieven

5 Aelbert Joosten Spierincx verkoopt een perceel land groot een lopenzaad en 20 roedes, alhier, belendend Aelbert Joosten, de weg daar, Henrick Tomasse, de verkoper zelf. Nog een stuk land van 4 lopenzaad, alhier aan het Beugt, belendend Aelbert Joosten, het Loopken (?), (011)
de straat, Paulus Claessen, de weg, alles zoals de verkoper het van de gemeente Dinther heeft gekocht. Hij verkoopt het aan Jan Albert Spierincx en belooft alle lasten van zijn kant af te handelen,.behalve 5 stuivers 11 penningen gebuurchijns aan de geburen ten behoeve van de heer van Dinther, verder de dorpslasten etc. Datum 1 oktober 1720, getuigen Jan Niekens en Peeter Goossens als schepenen, verder J. van Oosterwijk als substituut-secretaris.

6 Hendrick Wouter Rademakers inwoner te Dinther belooft aan de heer Johan Rogmans een kapitaal van 50 gulden te betalen per heden datum over een jaar met een rente van 5 % wegens geleend geld. Als er dan niet wordt afgelost zal de rente blijven doorlopen totdat er wordt afgelost. Datum 12 oktober 1720, getuigen als schepenen Jan Niekens, Paulus Claessen, J. van Oosterwijk substituut-secretaris. (in marge : verschenen is heer en meester Adrianus Schoneus als gemachtigde voor de erfgenamen van de heer Johan Rogman en diens weduwe. en geeft kwitantie voor de 50 gulden. Datum 11 januari 1724).

7 Antoni van Gulick als inwoner alhier belooft op onderpand van zijn persoon en bezit om aan de heer Rogier van Oosterwijck een kapitaal van 50 gulden te gaan betalen, per 24 juli 1720 over een jaar samen met een rente van 4 %. alles wegens geleend geld. De rente blijft doorlopem zolang er niet wordt afgelost. Datum 16 oktober 1720. (de 20ste penning is betaald op 30 juli 1720). Getekend : Joost Janssen, Paulus Claessen, J. van Oosterwijk, substituut-secretaris.

8 Willem Geenhoven als deurwaarder van de Raad van Staten der Vereenigde Nederlanden, daarin gemachtigd door de heer I. (Isaak) H (Hermans) van Elsevier, die weer gemachtigde was voor de heer Philips Jacob van Borssele vanwege de Hoge Raad en rentmeester-generaal voor Brabant d.d. 23 januari 1720, alles volgens een resolutie d.d. 19 mei 1704 etc. etc. om een hooibeemd te verkopen groot ca. 3 karren hooigewas nabij de watermolen van Dinther, eigendom van Mathijs Suijskens, zal dat bezit openbaar verkopen in aanwezigheid van officier en schepenen van Dinther om daarop de som van 146 gulden te verhalen vanwege een restant houtschat van het dorp Aarle voor de jaren 1701 en 1702 waarvoor .... borg is geweest. Het perceel wordt verkocht aan Willem Geenbergen ten behoeve van de heer Isaacq Hermanis Elsevier. (015). Datum 26 oktober 1720. Getekend : Jan Niekens, Peeter Goossens en Paulus Claesse als schepenen, J. van Oosterwijck, substituut-secretaris.