Archieven

183 Jan van den Brand; Geertruida van den Brand vrouw van Johannes Arie Verkuijlen; Gerardus van den Brand; Adriaan Jan van den Brand en Hendrica van den Brand; allen landbouwers te Uden bezitten samen roerende en onroerende goederen en gaan over tot scheiding en deling hiervan. Het betreft: een obligatie, twee paarden, acht koeien, vijftig schapen, drie varkens, karren, houtmijten, graan, huisraad, schaar te velde, kontanten, heide te Uden genaamd het Voorstbosch; weiland, heide en bouwland; bouwland genaamd het Achterst Nei, de Blauwen Steen, de Breede Zij, het Hoog, de Achterste Lange Stukken, de Smal Zij, Achterst Heikamp het Voorst Nei den Landmorgen, de Grieten, de Leemstukken; weiland genaamd den Steenakker, Kievitshof, den Elsmorgen, de Geermogen, den Hoogendries; een huis met erf en bouwland; hakhout en weiland genaamd Het Geurke; bouwland en hakhout genaamd den Dennenmorgen; alles gelegen te Uden; hooiland te Macharen in de Meeren; heide te Uden genaamd het Achterst Bosch. Twee huizen en erven te Uden en weiland te Lith in de Middelste Hoeven. De totale waarde is f 16.200,--. Er worden vier loten gemaakt.