Archieven

37 Anna weduwe van Arien Janssen, 'door crachte van testamente tusschen haer ende Arien haeren wittighen man voor den vicarius van Erp gemaeckt', en haar zoon Jan Arien Janssen en Peter Janssen broer van voorschreven Arien zaliger als voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Arien Jansen, verwekt bij zijn vrouw, voorschreven Anna, hebben verkocht, opgedragen en overgegeven aan Jan Henrick Vreijnssen en Aert Gerits 'een huijs, hoff ende lant, tsamen metten erffenisse ende poterijen daer toe behoirende', zoals zij dit heeft geërfd van haar moeder wijlen Delije weduwe van Marten Laureijnssen van Heijnsberch, en deels heeft gekocht, van haar mede condividenten, groot ontrent 8 lopense, gelegen in de Nederbiessche thiende
* e.z.: het goed van Jan Mathijssen van Hoeck
* a.z.: Jan Lambert Daendels ende de gemeijne straet aldaer
* e.e. en a.e.: het goed van Jan Arien Peters
Het goed is belast met:
* jaarlijks 14 stuivers aan 'den altaer van St. Cathelijnen binnen der kercke van Vechel'
* een jaarlijkse rente van 6 gulden aan 'de provisoiren ter taeffelen des h. geest tot Dinther'
* een losrente van 12 gulden en 10 stuivers aan de daartoe gerechtigden 'nae vuijtwijsen de fundatie van heer Jan Jan Lamberts zaliger'
'Alnoch sal den coopere oft cooperen maecken oft repareeren aent hecken hangende opte straet, gelijck alst hiervoor gerecht is geweest te repareren'.
Getuigen: Thonis Peter Thielens en Dirick Willem Henricx