Notaris Wilhelmus Danielis, priester van Luik, instrumenteert dat hij op verzoek van Johannes zoon van Theodericus, clericus van Luik, deze in bezit gesteld heeft van de kapel van Sint-Antonius en Sint-Sebastianus in Veghel, vacant wegens afstand van heer Johannes de Platea, krachtens opdracht van heer Arnoldus Goltwert, deken van Sint-Victor in Xanten, met geïnsereerde pauselijke brieven, in opdracht van heer Hermannus Croll, clericus van Mainz, schrijver van het archief van de Curie van Rome, met als getuigen meester Arnoldus de Platea, kanunnik van Sint-Victor in Xanten, en Henricus Duylen, clericus van Keulen en Luik. Gedaan in de genoemde kapel.
Notaris Wilhelmus Danielis, priester van Luik, instrumenteert dat hij op verzoek van Johannes zoon van Theodericus, clericus van Luik, deze in bezit gesteld heeft van de kapel van Sint-Antonius en Sint-Sebastianus in Veghel, vacant wegens afstand van heer Johannes de Platea, krachtens opdracht van heer Arnoldus Goltwert, deken van Sint-Victor in Xanten, met geïnsereerde pauselijke brieven, in opdracht van heer Hermannus Croll, clericus van Mainz, schrijver van het archief van de Curie van Rome, met als getuigen meester Arnoldus de Platea, kanunnik van Sint-Victor in Xanten, en Henricus Duylen, clericus van Keulen en Luik. Gedaan in de genoemde kapel.