skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Astrid de Beer
Astrid de Beer RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Astrid de Beer
Astrid de Beer RA Tilburg

Archieven

Notaris-, schepen- en andere akten

Met "Notaris-, schepen- en andere akten" zoek je in een groeiend aantal samenvattingen van akten van notarissen en schepenbanken in het noordoosten van Brabant. En bovendien in de akten van diverse andere instellingen met betrekking tot Brabant (Raad en Rentmeester Generaal der Domeinen, Leen- en Tolkamer, Raad van State en Staten-Generaal). Alle akten betreffen de periode van de 15e t/m de 19e eeuw.

Van veel akten zijn scans beschikbaar. Als een akte nog niet is gescand, kun je meestal gebruik maken van onze gratis service scannen-op-verzoek. Meer info >

Wil je weten welke bronnen al beschikbaar zijn, nieuw of in bewerking? Bekijk dan het complete overzicht. Wat zit er in? >

Veel samenvattingen zijn gemaakt door onderzoekers en vrijwilligers, die hun bestanden ook aan ons hebben gegeven. Zo zijn deze voor veel mensen makkelijk te vinden. Heb je ook bestanden die je via onze website wilt delen? Leuk! Neem dan contact met ons op: info@bhic.nl

> Meer info over notariële archieven

> Algemene hulp en zoektips

Filter: Breugelx
beacon
354  notaris-, schepen- en andere akten
sorteren op:
 
 
 
 
Schepenakte
61 Brief aan Denis Cox pachter van de houtschat te Breugel die heeft aangebracht Dirk Schutjens die in het Breugels Oerle schaarhout geplant heeft op de gemeente buiten de draaiboom en het voorhoofd bijna geheel omgraven heeft, wat is verboden.
Persoon in schepenakte:
Denis Cox  
Dirk Schutjens  
Datering:
6 september 1783
Pagina:
21
Plaats:
Breugel
Toegangsnummer:
9
Inventarisnummer:
45
Bron:
Domeinen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
146 Brief aan de regenten van Breugel betreffende de rekening van Jan van der Velden en Jan Simons van Rooij borgemeesters over 1762-1763.
Persoon in schepenakte:
Jan Simons van Rooij  
Jan van der Velden  
Datering:
5 november 1767
Pagina:
59v
Plaats:
Breugel
Toegangsnummer:
9
Inventarisnummer:
43
Bron:
Domeinen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
94 Brief aan de regenten van Breugel met de informatie dat een zekere van Roij turf aan het verkopen en verhandelen is en de raad en rentmeester wil graag weten of hij daartoe een octrooi ontvangen heeft en een akte van cautie voor het uitturven van percelen. De regenten schrijven terug dat ze zich niet bewust zijn dat er iemand turf verhandelt en zeker van Rooij niet. Het kan alleen Jan Kox zijn en die heeft daartoe een octrooi ontvangen.
Persoon in schepenakte:
Jan Kox  
Datering:
13 september 1765
Pagina:
37
Plaats:
Breugel
Toegangsnummer:
9
Inventarisnummer:
43
Bron:
Domeinen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
79 Bericht vanuit Den Haag van ene de Jongh aan raad en rentmeester generaal Van Borsele met een bericht vanuit de kwartiersvergadering in het kwartier Peelland van 7 maart 1707. ‘Den 7 deser is het quartier van Peeland vergadert geweest om op te nemen den staat van de diensten ende leverantien in de legers als anders gedaen, maer daer is geene conclusie van gemaeckt, ter oirsaecke dat het dispuyt over de smaldeelinge was alsoo de ingeinteresseerde die beswaert sijn inden ouden Spaensen quartierstaux, die niet meer wilden volgen ende andere ter contrarie, sijnde het begin van dien taux voor ofte in de Nederlantse Oirlogen te soecken. Dese debatten sijn maer woordenstrijt geweest ende die sigh ’t meester cauten om te vervolgen het tegenwoordich personeel die waeren gehart in haere susteninen soo het scheen, met te seggen dat de beswaerde int toecomende souden geholpen worden, maer de diensten die nu gedaen sijn voor gepasseert conden hoouden, dat sulcx haer genoghsaem toegestaen was ende waerom niet eer gesproocken ende diergelijcke, niet dervende ontkennen als soo notoir sijnde de beswaernisse van de clagende tsamen wel 16 plaetsen die naer den ouden Spaensen taux ende het tegenwoordigh personeel veel duijsende souden beswaert wesen om te voldoen aen de diensten inden jaere 1705 gedaen. Terwijle ick de moijelyckheijt hebbe om dese affairen nader te bevorderen ende ratione officie oick verplight meene te wesen om de opgesetenen van het district mijn aenbevoolen tegens alle ongeregelde affpersinge te beschermen, soo vertrouwe dat Ed: Heer ofte sijn Ho: Ed: den heer rentmr. van de domeijnen niet qualijck sult duyden dat ick dese wijnige daer over schrijve, ende segge dat de diensten die voornamentlijck in den jaere 1705 gedaen sijn naer den quartierstaux van den Spaensen tijt souden gereguleert worden ende dat op het fundament dat men niet eer gekla[a]ght heeft. In den jaere 1655 naer de vrede is eerstmael geklaght ende met de introductie van de verpondinge des
Vervolg:
quartierstaux ….ende dat die naerderhant misschien om de geringheijt van de somme die omgeslagen wierden is gevolght alleen om klijne quartiersschulden ierst ende door opcomende oirlogen bij den vijant door inductie van de gene naer alle apparrentie daer bij bevoordeelt is gevolght, soo siet men klaer wat de negligentie van een saecke sijnde van een klijn begin, eene groote tribune [dubieus] heeft bijgebroght aen die gene die te vooren beswaert waeren ende tot desen oirlogh ende nogh toe gebleven – Breugel alhoewel klijn is het exempel van waer die nogh niet sijn gesleten, maer misschien sonder redres wel haest sullen worden geruwineert. In d1688 is van wegen dese heerlijckheijt over den quartierstaux geklaght ende redres versoght dogh bij opcomenden oirlogh niet geredresseert. In den jare 1703 naer dat de contributie van de meeste plaetsen tot dien tijt toe betaelt hadden hebben dese ende andere plaetsen wederom over den quartierstaux geklaght ende is alsdoen voor een gedeelte bij provisie geredresseert, met expressse stipulatie dat die haer yder beswaer conden aentoonen, oick yder souden gededomageert werden. Dat de heeren direktoren van de partijen nu gairne voor ’t gepasseerde soude reeckenen sijn de gedane diensten nogh ongeeffent sijnde die bij niet een plaetse sijn gedaen naer eenige presise proportie maer naer der gis om daer naer te liquideren, voornamentlijck in 1705, welcken dienst salvo justo over de 100 duijsent gulden sal importeren. Geen bagatel ende waerom ick specialijck hebbe die claghten moeten voortsetten, als mede om de beswaernisse in de contributien, om het verloop van de verdere ingesetenen te prevenieren, soo dat men niet voor het gepasseerde kan houden als ten minsten genomen dat voor de vlughte van 1703 aen diensten als anders gedaen is, maer daer ick hebbe beswaernisse ende beloofte van vergoedinge in cas van betooninge hoe soude men dan dese diensten onder ’t gepasseerde vonnen reeckenen te meer ’t gepasseerde tsedert den oirlogh van
Vervolg 2:
1672 ons met reght toecompt. Alsoo het placcaat van 1704 wel vuytdruckelijck seght dat desen last personeel bij de opgesetenen moet betaelt worden, als men reghtdraets sal handelen hoe kan dat verstaen worden, naer eenen Spaensen inderdaat affgeschaften taux, maer moet verstaen worden naer eenen taux te smaldeelen die aen den staat wort sonder imants tegenseggen betaelt. Ick betrouwe dat dit premptoir is, te bekennen dat een taux goet is die te betaelen ende schulden sie soo moeten betaelt worden, anders te willen reguleren, dan dwaelt men van den reghten pat aff ende de billyckheijt, sijnde het onderscheijt daer binnen soo notabel dat d’een en d’ander helft min oft meer verschult souden worden. Ende terwijle haer Ed: Mog: deputatis seght dat de partije ten fine van accoort moeten gehoort worden ende sonder voorgaende informatie behandelinge van die saecke aen d’een ende d’ander sijde weer een woordenstrijt is ende om dat sijn Ho: Ed: heer rentmr. der domeijnen ende U wel ed: beter soude connen met eendraght (?) de partijen vereenigen als van de saecke soo wel van d’een als d’ander partije geinformeert was. Soo soude (onder correctie) om die van Roode, Schijndel, Erp, Rixtel etc. te doen overbrengen in geschrifte hare redenen, die se tegens onse requeste ende conclusie hadden, want lossen woordenstrijt kan de rechte informatie niet geven, om in een saecke van importantie als dese te oirdeelen. Ende sulx met communicatie over ende weder gedaen sijnde soude (onder correctie) eenige propositie met beter deught connen gedaen worden ten fine van accoort ofte met kennissie van saecken berighten. Ick hoope niet dat dit qualijck sal genomen worden dat ick de manier van behandelinge stelle, dit is (onder correctie) mijn gevoelen ende is alles U Ed: directie aenbevoolen. Ondertussen wil ick hoopen dat de versteende harten van onse partijen sullen veranderen ende de beswaerde naer redelijckheijt helpen dedomageren.
Persoon in schepenakte:
Den Haag  
U Ed  
Datering:
10 maart 1707
Pagina:
89
Plaats:
Breugel
Toegangsnummer:
9
Inventarisnummer:
42
Bron:
Domeinen
Geografische namen: