Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat Jan, zoon van Paul Gevartszn., man van Heilwich, dochter van wijlen Jan Paimans, een jaarlijkse erfcijns van drie pond aan Jan van Meyelsfoirt, zoon van wijlen Willem, verkocht heeft uit een weiland van drie vierde van een bunder in de parochie van Boxtel, in de jurisdictie van Liempde, tussen het erfgoed van Lambert, zoon van wijlen Dirk Roetart, enerzijds en van Hendrik van Tulden anderzijds en met het ene einde, strekkend met het andere einde tot het erfgoed van Hendrik van der Hoerc.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Hendrik Monix en Godfried de Lu. i
Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat Jan, zoon van Paul Gevartszn., man van Heilwich, dochter van wijlen Jan Paimans, een jaarlijkse erfcijns van drie pond aan Jan van Meyelsfoirt, zoon van wijlen Willem, verkocht heeft uit een weiland van drie vierde van een bunder in de parochie van Boxtel, in de jurisdictie van Liempde, tussen het erfgoed van Lambert, zoon van wijlen Dirk Roetart, enerzijds en van Hendrik van Tulden anderzijds en met het ene einde, strekkend met het andere einde tot het erfgoed van Hendrik van der Hoerc.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Hendrik Monix en Godfried de Lu.