Afkortingen:
ARA = Algemeen Rijksarchief
R.A. = Rijksarchief
Coll. = Collectie
inv. = inventaris
inv.nr. = inventarisnummer
fol. = folio
fm = film(s)
ft = fotokopie(ën)
kw = Kwartier
r = recto (voorzijde van de folio)
mf = microfiche(s)
v = verso (achterzijde van de folio)
Veel van deze bronnen worden eveneens toegelicht of zijn gebruikt voor het proefschrift van Eduard van Ermen 'Feodaal-heerlijke verhoudingen en territoriale patronen in het middeleeuwse hertogdom Brabant (12de-14de eeuw) met bijzondere aandacht voor de regio Leuven', 6 dln. (K.U. Leuven, 1989). Dit proefschrift is te raadplegen op het stadsarchief te 's-Hertogenbosch. Voor de Meijerij van 's-Hertogenbosch is deze studie echter niet altijd even betrouwbaar. Zie voorts de kopnotities bij de verschillende onderdelen.
Voor het aantal microfiches per inventarisnummer of groep van nummers (soms staan meerdere inv.nrs. op één fiche) wordt verwezen naar bijlage I. Voorts dient te worden opgemerkt dat bij de beschrijvingen soms wordt verwezen naar op het Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch reeds aanwezige oudere kopieën of afschriften, en naar aldaar berustende bronnen.
Rijksarchief in Noord-Brabant, 1997
Brabants Historisch Informatie Centrum
Kwijtschelding van de doodslag begaan door Gooswijn Kerstiaansz Willemsz, natuurlijke zoon [ouders niet vermeld] en echtgenoot van Maria dochter van Willem Wierinksz op zijn schoonvader Willem. Hij heeft gediend bij de vleeshouwers van Antwerpen. Later is hij gaan wonen in Eersel ('Eerselt') alwaar hij herberg hield en een brouwerij had. Na de dood van zijn schoonmoeder, kreeg schoonvader last van 'flederchijne' [reumatiek], waardoor Willem zeer hard moest werken om het gezin met 3 kleine kinderen te onderhouden. Hij werd echter door zijn schoonvader veelvuldig uitgescholden voor dief, bastaard e.d. en een keer bedreigd met een stalen handboog. Op een avond werd Gooswijn langdurig uitgescholden door Willem, waarop deze driftig werd. Hij werd tegengehouden door zijn vrouw en zoon, maar toen viel de babij, de hij even op de tafel had gelegd, in het vuur. De jongen haalde het kind eruit. Nog meer door woede overmand maakte Willem zich los uit de armen van vrouw, haalde een opsteker [een soort mes] en gaf Willem de in zijn bed bij het vuur zat 3 steken, een in de schouder, een in de arm en een in de lenden. Willem stierf daaraan de volgende morgen.
Kwijtschelding van de doodslag begaan door Gooswijn Kerstiaansz Willemsz, natuurlijke zoon [ouders niet vermeld] en echtgenoot van Maria dochter van Willem Wierinksz op zijn schoonvader Willem. Hij heeft gediend bij de vleeshouwers van Antwerpen. Later is hij gaan wonen in Eersel ('Eerselt') alwaar hij herberg hield en een brouwerij had. Na de dood van zijn schoonmoeder, kreeg schoonvader last van 'flederchijne' [reumatiek], waardoor Willem zeer hard moest werken om het gezin met 3 kleine kinderen te onderhouden. Hij werd echter door zijn schoonvader veelvuldig uitgescholden voor dief, bastaard e.d. en een keer bedreigd met een stalen handboog. Op een avond werd Gooswijn langdurig uitgescholden door Willem, waarop deze driftig werd. Hij werd tegengehouden door zijn vrouw en zoon, maar toen viel de babij, de hij even op de tafel had gelegd, in het vuur. De jongen haalde het kind eruit. Nog meer door woede overmand maakte Willem zich los uit de armen van vrouw, haalde een opsteker [een soort mes] en gaf Willem de in zijn bed bij het vuur zat 3 steken, een in de schouder, een in de arm en een in de lenden. Willem stierf daaraan de volgende morgen.