Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
De samenstelling van de hoven varieerde naar gelang de plaats waar ze gevestigd waren. Het Provinciaal Gerechtshof in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch had één president, één vicepresident, zeven raadsheren, één procureurgeneraal, één advocaageneraal, één griffier, één of ten hoogste twee substituutgriffiers. * In 1875, toen de provinciale hoven werden opgeheven en vervangen door gerechtshoven, kwamen er enige minder belangrijke wijzigingen in de samenstelling. Ook in 1910 kwam er nog een wijziging van minder belang.
Artikel 61 wet RO.
Alle functionarissen van het hof moesten aan een universiteit afgestudeerde juristen zijn. Dat gold zowel voor de zittende als voor de staande magistratuur. * Hun positie was gelijk aan die van de functionarissen van de arrondissementsrechtbanken wat betreft benoeming, ontslag en honorering.
Artikel 64 wet RO.
Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door de procureurgeneraal en de advocatengeneraal, bijgestaan door het parket. Hun positie was vergelijkbaar met die van het OM bij de arrondissementsrechtbanken. Datzelfde gold ook voor de advocaten en procureurs, met dien verstande dat men procureur bij het hof was indien men na beëdiging was ingeschreven bij de rechtbank van de plaats waar ook een hof was gevestigd.
Voor 1910 oordeelden de hoven met vijf raadsheren behalve in criminele zaken in eerste instantie (voor 1886) en in hoger beroep van strafzaken. Dan werd er recht gesproken door zes raadsheren. * Vanaf 1910 werd er recht gesproken door drie raadsheren. *
Artikel 70 wet RO.
Artikel 70 wet RO, vastgesteld bij wet van 5 juli 1910, Staatsblad 180.
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2055 niet zonder meer openbaar zijn. Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.