Int jaer ons Heeren M. vierhondert ende sesthien, acht daghe in Junio.
Voor Jan vanden Haenberghe en Jan van Caerntschot, schepenen in Gilze, verkoopt Katelijn "heer Wouters natuerlike dochter was van Ghoerle priesters", met haar man en voogd Jan van Ghelban, aan priorin en convent van St. Catharinadal een erfcijns van 2 pond 16 pennigen, veronderpand naar inhoud van den brief van 1 October 1400 (nr. 169).
Int jaer ons Heeren M. vierhondert ende sesthien, acht daghe in Junio.
Voor Jan vanden Haenberghe en Jan van Caerntschot, schepenen in Gilze, verkoopt Katelijn "heer Wouters natuerlike dochter was van Ghoerle priesters", met haar man en voogd Jan van Ghelban, aan priorin en convent van St. Catharinadal een erfcijns van 2 pond 16 pennigen, veronderpand naar inhoud van den brief van 1 October 1400 (nr. 169).
Op rugzijde : Geen aanteekeningen.
Afschrift : Cart. A, fol. 60 vso ; cart. B, fol. 116 vso ; cart. C, fol. 54 vso.