Int jair ons Heren doemen screef dusent vierhondert ende enen twintich ghescreven op sinte Lauwereys avent.
Voor de schepenen van Gilzef Jan van Caerntscot en Jonghe Godevaert van Nerven, erkent Jan Scelkens schuldig te zijn aan Jan vander Haenberghe 6 loop rogge erfpacht, tot behoef van Margareta, vrouw van Jan vander Haenberghe en dochter van Jan vander Byestraeten, en deze Margareta toegekomen bij dood van haar vader, — uit een erf van 3 loopzaad, gelegen tusschen de heirbaan en Elisabeth Sneuwters.
Int jair ons Heren doemen screef dusent vierhondert ende enen twintich ghescreven op sinte Lauwereys avent.
Voor de schepenen van Gilzef Jan van Caerntscot en Jonghe Godevaert van Nerven, erkent Jan Scelkens schuldig te zijn aan Jan vander Haenberghe 6 loop rogge erfpacht, tot behoef van Margareta, vrouw van Jan vander Haenberghe en dochter van Jan vander Byestraeten, en deze Margareta toegekomen bij dood van haar vader, — uit een erf van 3 loopzaad, gelegen tusschen de heirbaan en Elisabeth Sneuwters.
Op rugzijde: vj loop rogs (XVIe e,). — Adriaen Jan Mensen, vj loop. — ende Willem Peter Smits erf. — nu. 19 (XVIIe e.). — 6 loope. — L (XVIIIe e.).
Afschrift : Cart. B, fol. 158 vso ; cart. C, fol. 112.