Int jaer ons Heren dusent vierhondert acht ende twintich, opten yersten dach in Aprille.
Voor de schepenen van Breda, Gijsbrecht Pigghen en Hendrik van Corvel, erkent Koenraad van Detten gepacht te hebben van Aart, Kathelinen, Cornelis en Belen, kinderen van Jan Mercelis Strix en Adriana Claes, dochter van Meersel, de rechte helftscheiding van een hof met toebehoorten gelegen buiten de Eindpoort " doort valveken", tusschen de andere helftscheiding en Coenraats erf, voor 3 schellingen groote erfcijns, te vrijen met de helft van 8 groote erfcijns bezet op heel het goed, en veronderpand op de andere helftscheiding.
Int jaer ons Heren dusent vierhondert acht ende twintich, opten yersten dach in Aprille.
Voor de schepenen van Breda, Gijsbrecht Pigghen en Hendrik van Corvel, erkent Koenraad van Detten gepacht te hebben van Aart, Kathelinen, Cornelis en Belen, kinderen van Jan Mercelis Strix en Adriana Claes, dochter van Meersel, de rechte helftscheiding van een hof met toebehoorten gelegen buiten de Eindpoort " doort valveken", tusschen de andere helftscheiding en Coenraats erf, voor 3 schellingen groote erfcijns, te vrijen met de helft van 8 groote erfcijns bezet op heel het goed, en veronderpand op de andere helftscheiding.
Op rugzijde: G. Bayer. — Duplex. Rutgher (XVe e.). — Marie Bouten heeft deze erfheheyt den clooster gegeven vore haer jaer getyde. — iij scellinc op 't commen Lemmen hof (XVIe e.). — 3 schellingen groot eerf chyns (XVIIe e.). 6 st. 3 ort. — Nr. 5 (XVIIIe e.).