Int jaer ons Heren dusent vierhondert ende dertich, thien daghe in October.
Voor de schepenen van Ginneken, Peter Smit en Jan Theeus, wordt Rutger Rutgeerszoon vander Heyden, als voogd van St. Catharinadal, in bezit gesteld van 1 sester rogge erfpacht op goederen in Ginneken, uit de 5 sesteren welke jonkvrouw Hele Hannaerts toekomen.
Int jaer ons Heren dusent vierhondert ende dertich, thien daghe in October.
Voor de schepenen van Ginneken, Peter Smit en Jan Theeus, wordt Rutger Rutgeerszoon vander Heyden, als voogd van St. Catharinadal, in bezit gesteld van 1 sester rogge erfpacht op goederen in Ginneken, uit de 5 sesteren welke jonkvrouw Hele Hannaerts toekomen.
Op rugzijde: S. Kathelinen Dale. Rutgher (XVe e.). — Ginneken. j sester roghs. — Dat gheven Yden soons kinder — op Zib. Iden soens ghoet te Ghinneken een zester rogs (XVIe e.). — By avonturen is dit den brief van de rogge die geeft den Commissaris de Jordijn, 5 loopen, en Cornelis Henrix Melle 3 loopen; het schijnt soe te wesen naer te sien die andere manualen (XVIIe e.). — Nu. 2 (XVIIIe e.).
Afschrift : Cart. A, fol. 79 ; cart. B, fol. 133 ; cart. C, fol. 78.