Int jaer ons Heeren doemen screef dusent vierhondert ende zessendertich, zestien daghe in Novembri.
Voor Goesen Janszoon en Jan Peterszoon, schepenen binnen de vierschaar van Roosendaal, erkent Adriaan Jan Nevenzoon schuldig te zijn aan Juten Vander Sterre, priorin van St. Catharinadal, 13 gouden keizersche gulden, veeonderpand als volgt.
Int jaer ons Heeren doemen screef dusent vierhondert ende zessendertich, zestien daghe in Novembri.
Voor Goesen Janszoon en Jan Peterszoon, schepenen binnen de vierschaar van Roosendaal, erkent Adriaan Jan Nevenzoon schuldig te zijn aan Juten Vander Sterre, priorin van St. Catharinadal, 13 gouden keizersche gulden, veeonderpand als volgt.
Origineel : in bezit van Z.E.H. Raaymackers, past. te Bergen o. Z. (Taxandria, XVII, 1910, bl. 230).