Int jaer ons Heren dusent vierhondert drie ende vyftich, drie daghe in December.
Voor Jan van Tsolle en Aart uten Camp, schepenen te Breda, verkoopt Erenbout Aertszoon aan Kathelijn Antonis Faytersdochter 2 gouden Arnoldusgulden, op een huis met bijbehoorten, op den Haagdijk gelegen, tusschen gezegden Erenbout en Jan Bruynen, te vrijen met een erfcijns van 1 schelling en 4 penning groote en een anderen van 4 Arnoldusgulden welke Godelt, de zuster van Kathelijn heft op hetzelfde goed. [zie ook nr. 422]
Int jaer ons Heren dusent vierhondert drie ende vyftich, drie daghe in December.
Voor Jan van Tsolle en Aart uten Camp, schepenen te Breda, verkoopt Erenbout Aertszoon aan Kathelijn Antonis Faytersdochter 2 gouden Arnoldusgulden, op een huis met bijbehoorten, op den Haagdijk gelegen, tusschen gezegden Erenbout en Jan Bruynen, te vrijen met een erfcijns van 1 schelling en 4 penning groote en een anderen van 4 Arnoldusgulden welke Godelt, de zuster van Kathelijn heft op hetzelfde goed. [zie ook nr. 422]
Op rugzijde : Jo. per Goessen — Van xxiiij st. op Seel Willem opten Haachdyck. — Die nonnen. — Dit is gecoft vanden beginen (XVe e.). 1453, 3 decemb. — Nu Jan Ka... f. 23 vso. — xxiiij st. — dese 2 brieven syn oock begrepen int het instrument (XVIIe e.).