Henricus, hertog van Brabant, oorkondt dat Ingelbertus de Olfghate, ridder, en zijn vrouw Helyana voor zijn schout van 's-Hertogenbosch, schepenen van Eersel en anderen van zijn mannen gekocht hebben ten behoeve van het huis van Postel het hele eigengoed in Oerle van wijlen Johannes, ridder, de Dorne, zijn vrouw Ida, Maria de Molendino en haar kinderen en alle erfgenamen, met een cijns van Gerardus de Schille, op voorwaarde dat Ingelbertus en Helyana, zolang ze leefden de helft van de opbrengst zouden krijgen, te weten 10 pond Leuvens. Bij overlijden van een van hen zou Postel aan het convent van Floreffe 1 mark Keuls betalen voor een pitantie op de dag van zijn jaargetijde, na het overlijden van de ander 2 mark Keuls.
Henricus, hertog van Brabant, oorkondt dat Ingelbertus de Olfghate, ridder, en zijn vrouw Helyana voor zijn schout van 's-Hertogenbosch, schepenen van Eersel en anderen van zijn mannen gekocht hebben ten behoeve van het huis van Postel het hele eigengoed in Oerle van wijlen Johannes, ridder, de Dorne, zijn vrouw Ida, Maria de Molendino en haar kinderen en alle erfgenamen, met een cijns van Gerardus de Schille, op voorwaarde dat Ingelbertus en Helyana, zolang ze leefden de helft van de opbrengst zouden krijgen, te weten 10 pond Leuvens. Bij overlijden van een van hen zou Postel aan het convent van Floreffe 1 mark Keuls betalen voor een pitantie op de dag van zijn jaargetijde, na het overlijden van de ander 2 mark Keuls.