President en leden van de Rekenkamer van Brabant oorkonden dat, aangezien de meester en provisor van het godshuis van Postel een windmolen en een watermolen in Someren bezat en dat de watermolen vergaan is bij de troebelen en dat de hertog er jaarlijk 10 mud rogge uit genoot, ze toestemming geven aan het godshuis voor het tijdelijk oprichten en in gebruik hebben van een rosmolen nabij de windmolen voor een recognitiecijns van 30 stuiver artois jaarlijks en dat de last op de windmolen en watermolen als voorheen 10 mud rogge en 4 oude groot zal zijn. Mocht de verzoeker afzien van zijn recht de watermolen te herbouwen dan zal het recht op de rosmolen blijvend zijn. Gedaan in de Rekenkamer van Brabant.
President en leden van de Rekenkamer van Brabant oorkonden dat, aangezien de meester en provisor van het godshuis van Postel een windmolen en een watermolen in Someren bezat en dat de watermolen vergaan is bij de troebelen en dat de hertog er jaarlijk 10 mud rogge uit genoot, ze toestemming geven aan het godshuis voor het tijdelijk oprichten en in gebruik hebben van een rosmolen nabij de windmolen voor een recognitiecijns van 30 stuiver artois jaarlijks en dat de last op de windmolen en watermolen als voorheen 10 mud rogge en 4 oude groot zal zijn. Mocht de verzoeker afzien van zijn recht de watermolen te herbouwen dan zal het recht op de rosmolen blijvend zijn. Gedaan in de Rekenkamer van Brabant.