Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat Thomas, zoon van wijlen Gerard Coeleman, een jaarlijkse erfpacht van twee mud rogge heeft overgedragen aan Jan, zoon van wijlen Hendrik Tielmanszn. van den Zande, uit een jaarlijkse erfpacht van drie mud rogge die hij beloofd had aan Peter, zoon van wijlen Gerard Coeleman, uit een huis, erf, tuin en de bijbehorende erfgoederen, ongeveer zes lopen groot in de parochie van Haaren op de plaats Belver, tussen het erfgoed van Wouter van den Hezeacker enerzijds en van Peter Poynenborch anderzijds, alsmede uit alle overige erfgoederen die Peter nu heeft en in de toekomst zal hebben.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Willem Dicbier, zoon van Jan, en Arnoud Groetart van Os. i
Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat Thomas, zoon van wijlen Gerard Coeleman, een jaarlijkse erfpacht van twee mud rogge heeft overgedragen aan Jan, zoon van wijlen Hendrik Tielmanszn. van den Zande, uit een jaarlijkse erfpacht van drie mud rogge die hij beloofd had aan Peter, zoon van wijlen Gerard Coeleman, uit een huis, erf, tuin en de bijbehorende erfgoederen, ongeveer zes lopen groot in de parochie van Haaren op de plaats Belver, tussen het erfgoed van Wouter van den Hezeacker enerzijds en van Peter Poynenborch anderzijds, alsmede uit alle overige erfgoederen die Peter nu heeft en in de toekomst zal hebben.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Willem Dicbier, zoon van Jan, en Arnoud Groetart van Os.